
STADSKANAAL – In het Julianapark van Stadskanaal staat een ruim 15.000 kilo wegende kei met de tekst: ‘Aan hen die vielen’. Het is het monument ter nagedachtenis aan de gevallen verzetsstrijders uit de Tweede Wereldoorlog. Maar wie waren zij eigenlijk? Om dat te vertellen, komt er in 2025 een speciaal namenmonument bij de kei.
‘Ieder jaar op 4 mei begint hier de herdenking’, vertelt Jan-Willem van de Kolk, die onderzoek deed naar de verzetsstrijders. Hij wijst naar de grote kei: ‘Op dat bordje staat “Aan hen die vielen”, maar mensen weten vaak niet wie dat precies zijn. Je kunt je dus afvragen: wie vielen er voor onze vrijheid en wat zijn hun verhalen?’
Zestien namen
Van de Kolk werkt samen met het Streekhistorisch Centrum en Stichting Drenth Monument. Voor het Streekhistorisch Centrum is dit een manier om in 2025 extra aandacht te vragen voor de Tweede Wereldoorlog. ‘Volgend jaar is het tachtig jaar geleden dat we bevrijd zijn’, zegt museumdirecteur Helen Kämink. ‘Vanwege onze eigen verhuizing kunnen we geen tentoonstelling organiseren, maar we hebben wel ons tijdschrift Veerten. Hierin schreef Jan-Willem al eerder verhalen over verzetsmensen. Zo ontstond het idee voor een namenmonument.’
Op dit moment omvat de voorlopige lijst zestien namen. Deze is samengesteld na onderzoek en gesprekken met het Nederlands Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies (NIOD), het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) en het archief van het Nederlandse Rode Kruis. De lijst is echter nog niet definitief. ‘Er komt nog altijd informatie uit de Tweede Wereldoorlog naar boven, ook uit deze regio’, benadrukt oud-wethouder Van de Kolk. ‘Als mensen meer namen of informatie over verzetsstrijders hebben, roepen we ze op zich te melden bij het Streekhistorisch Centrum. Zo kunnen we het monument nog completer maken.’

Bijzondere en aangrijpende verhalen
Tijdens zijn onderzoek ontdekte Van de Kolk hoe belangrijk het is om deze verhalen door te geven. Achter iedere gevallen verzetsstrijder schuilt een bijzonder, en soms aangrijpend, verhaal. Zo stuitte hij op de naam Egbert Kruize. ‘Kruize werd opgeroepen voor een keuring omdat hij had geweigerd, als secretaris van een voetbalclub uit Musselkanaal, een wedstrijd te organiseren tussen Duitsers en de lokale voetbalvereniging. Omdat hij onderduikers in huis had, besloot hij toch naar de keuring te gaan. Kort daarna kreeg hij een hartinfarct en overleed.’
Ook ontdekte Van de Kolk het verhaal van Johannes Vis, die in de oorlog aan de Brugkade woonde en deelnam aan de 1 mei-staking in 1943. ‘Samen met zijn vriend Anne Rutgers stichtte hij branden in gemeentehuizen om te voorkomen dat de bevolkingsregisters in Duitse handen kwamen. Daarmee wilden ze voorkomen dat mensen gedwongen werden om in Duitsland te werken of dat Joden opgespoord en vervolgd konden worden.’ Deze daden moesten ze met hun leven bekopen. Op 20 september 1943 werden Johannes Vis en Anne Rutgers gefusilleerd op het Witteveld bij Assen.
De namen van deze verzetsstrijders zullen volgend jaar op het nieuwe monument worden vereeuwigd. Wanneer het monument precies wordt gerealiseerd, is nog onzeker. Het Streekhistorisch Centrum moet de financiering eerst rondkrijgen. Tot die tijd staat de grote kei nog even alleen. Op een regenachtige middag kijkt Van de Kolk ernaar. Het water laat sporen achter op de steen. ‘Het is net of de kei huilt’, merkt hij op. ‘Toepasselijk.’