Direct naar de inhoud.

Boeren voorzichtig positief over plannen nieuw kabinet: ‘Wel eerst zien en dan geloven’

 (foto: Ariënne Dozeman / RTV1)

REGIO – Boeren kijken met een dubbel gevoel naar het nieuwe regeerakkoord van VVD, D66, CDA en Christen Unie. Ze zijn blij dat de passage over het halveren van de veestapel er niet instaat en dat de partijen willen dat boeren eerlijk betaald worden vanuit onder andere supermarkten. Kritischer kijken ze echter naar het plan om in plaats van in 2035 nu al in 2030 55 procent stikstofreductie te realiseren. Ook vinden ze de investering van het nieuw te vormen kabinet in innovatie tekort schieten.  

Rutger van Lier van BoerenNL ziet na een eerste lezing dat het kabinet iedereen met mooie woorden tevreden probeert te krijgen. ‘Maar het geheel heeft ook veel Haagse ambtelijke naïviteit. Zoals we op het platteland vaak zeggen: veel Randstedelijk wensdenken. Dus we gaan de komende tijd kritisch en met gezond wantrouwen in de gaten houden of er geen negatieve verassingen uit de hoge hoed gaan komen.’

Niet meer slechtst betaalde in keten

Jan Reinier de Jong, akkerbouwer uit Odoorn is voorzichtig positief over de plannen van Rutte IV. ‘Het is eerst zien en dan geloven, maar ik vind het geweldig om te zien dat er in het akkoord staat dat boeren nu niet meer de slechtst betaalde moeten zijn in de keten.’ Het kabinet wil namelijk dat supermarkten boeren eerlijker gaan betalen. ‘Als je kijkt wat voor winst bijvoorbeeld Jumbo maakt valt het ook niet uit te leggen. Gelukkig ziet de overheid dat nu ook.’ De Jong heeft wel zijn vraagtekens of het haalbaar is, maar met de inzet is hij blij.

LTO Noord ziet een wisselend regeerakkoord, maar vooral over dingen die er niet instaan is ook opluchting. ‘We zijn blij dat halvering van de veestapel er niet meer in staat en ook dat het kabinet niet overgaat tot gedwongen uitkoop. We hadden echter gehoopt dat de partijen meer zouden investeren in innovatie,’ zo laat voorzitter Dirk Bruins weten.

Te weinig geld naar innovatie

Daarin investeert het nieuw te vormen kabinet nu 1 miljard. ‘Terwijl ze 1,7 miljard reserveren voor proceskosten. Dat is de verkeerde volgorde volgens ons en laat weinig ambitie zien.’ LTO Noord is wel blij dat er geen zonneparken meer worden gerealiseerd op vruchtbare landbouwgrond en dat de btw op het groente en fruit naar 0 procent gaat.

De VVD, D66, CDA en ChristenUnie willen graag een transitie naar kringlooplandbouw op het terrein van voer, mest, bodem, pacht, dierenwelzijn en daarbij behorende innovaties. Volgens De Jong zijn de boeren in het noorden hier al veel mee bezig. ‘Wij gebruiken ook al organische mest in plaats van kunstmest zoals het kabinet graag wil als je de plannen leest. Op dit moment kunnen we ook niet meer organische mest gebruiken omdat de wet dit niet toestaat.’

Stikstofreductie

In de plannen van het kabinet staat ook dat er een onderzoek komt naar de effecten van bestrijdingsmiddelen in de landbouw bij zowel boeren als omwonenden. De Jong is er blij mee maar heeft er wel zo zijn zorgen over. ‘Ik hoop dat het op een rechtvaardige en eerlijke manier gebeurd. Tot nog toe is het altijd gebaseerd op analyses en aannames.’

De Jong noemt daarbij bijvoorbeeld de stikstofuitstoot van vliegtuigen. ‘Dat had je afgelopen jaar heel goed kunnen meten. Het vliegverkeer lag vrijwel stil  dus had je kunnen meten wat nou precies de depositie is van het vliegverkeer is. Maar in Nederland baseren we het alleen maar op rekenmodellen.’ De Jong ziet het dan ook niet als realistisch dat de stikstof uitstoot in 2030 met 55 procent is verminderd.

Het plan was in eerste instantie om die 55 procent stikstofreductie in 2035 te realiseren. ‘Een onhaalbaar doel van 2035 vervroegen naar 2030 maakt het nog onhaalbaarder en dus waanzin,’ aldus Van Lier.

Lastige taak voor nieuwe minister

De Jong is benieuwd wie de minister wordt op landbouw. ‘Ik hoop op een VVD’er omdat die vaak iets meer aan de ondernemer denken. Ik benijd de minister echter niet. Met de huidige problematiek kun je het eigenlijk nooit goed doen.’

Bruins is het met de woorden van De Jong eens, maar ziet ook mogelijkheden voor de nieuwe minister. ‘Het is niet eenvoudig, maar door het plan over te nemen dat wij samen met onder andere VNO-NCW hebben opgesteld kun je de meeste boeren tevreden stellen. Het kan zorgen voor mooie resultaten op de langere termijn en je geeft de boeren ook een stukje perspectief.’

Datum 17 december 2021 Jelmer Wijnstra

Nachtvlindertelling: ‘Het is leuk om te weten wat er in de lucht zit ’s nachts’

REGIO – Albert Schuring is agrariër in Sellingen. Hij doet mee aan de vlindertelling, een samenwerking tussen boerenorganisaties en de Vlinderstichting. Doordat boeren de telling doen hoopt de organisatie meer te weten te komen over de vlinderstand, maar boeren ook enthousiast te maken over biodiversiteit.

nachtvlindertelling
Albert Schuring fotografeert de vlinders die hij aantreft (foto: Ariënne Dozeman)

Eens in de zoveel tijd plaatst Albert Schuring ’s avonds drie verlichte emmers. Eentje op zijn erf, eentje bij een regulier stuk akkerbouwgrond en eentje op een plek waar een natuurmaatregel is ingevoerd. De volgende ochtend vroeg gaat hij kijken of er nachtvlinders in de emmers zitten. Hij telt ze en maakt foto’s, de resultaten stuurt hij op naar de Vlinderstichting.

De vlindertelling verbindt

Schuring is niet de enige, verspreid door heel Nederland doen er dit jaar meer dan tachtig boeren mee. Het project is een samenwerking tussen LTO Noord, BoerenNatuur en de Vlinderstichting.

nachtvlinders
Een Roesje (foto: Karin Bergmans-Elshof)

Sjoerd Pietersen is projectadviseur bij LTO Noord en de bedenker van de telling. Hij legt uit dat het verlies van biodiversiteit vaak wordt gekoppeld aan landbouw. Het benadrukken van die negatieve link roept bij boeren weerstand op. Juist door boeren te enthousiasmeren voor de vlindertelling verbindt het project boeren en natuur. Pietersen: ‘Wat gebeurt er als we de ecoloog en de boer niet tegenover elkaar zetten, maar samen aan een project laten werken? Als we gewoon even allemaal gebiologeerd zijn?’

vlinder
Een Snuitvlinder (foto: Karin Bergmans-Elshof)

Pietersen merkt dat veel boeren juist heel geïnteresseerd zijn. Het tellen van de vlinders maakt hen bewust welke insecten er zijn en welke rol ze kunnen vervullen. Wat je als boer kunt doen om in harmonie met insecten je bedrijf te runnen.

Mooi

Niet veel mensen weten dat nachtvlinders heel divers zijn en soms mooie kleuren hebben. Boeren raken door die ontdekking ook enthousiast. Zo is er een app-groep waarin foto’s van bijzondere soorten worden gedeeld. Er zijn zelfs vlinders in de emmers van de boeren gevonden die de ecologen zelf nog nooit hadden gevangen.

vlinder
Een Pauwoogpijlstaart had Schuring nog niet eerder in de emmer (foto: Ariënne Dozeman)

Pauwoogpijlstaart

Het is de bedoeling dat boeren twaalf keer per jaar tellen. Om nachtvlinders te kunnen vangen mag het niet kouder zijn dan vijf graden, moet het droog zijn en niet te hard waaien. Wanneer Schuiling de volgende dag rond 06.00 de emmers openmaakt is hij verrast, ‘er zitten veel meer vlinders in dan we tot nu toe gewend zijn’. Ook een Pauwoogpijlstaart, die had hij nog niet eerder gezien. Schuring ‘Het is leuk om te weten wat er in de lucht zit ’s nachts, en wat voor goede dingen zijn erbij.’

Datum 14 juni 2021 Arienne Dozeman

Aanpak nitraatuitspoeling in Drenthe

Cees Bijl, Trienke Elshof, Leo Hendriks – (foto: Jan Anninga)

GASSELTE – In vier Drentse grondwaterbeschermingsgebieden gaan akkerbouwers en melkveehouders samen met de drinkwaterbedrijven en provincie extra inspanning leveren om de nitraatuitspoeling te verminderen. LTO Noord, provincie Drenthe en de drinkwaterbedrijven Vitens en WMD hebben hiervoor een uitvoeringsovereenkomst getekend. De boodschap is duidelijk: meedoen is vrijwillig, maar niet vrijblijvend.

Bemesting

Nitraatuitspoeling is een complex probleem, dat vooral ontstaat door bemesting in combinatie met lokale omstandigheden. Dat blijkt ook wel uit het verhaal van akkerbouwer Ger Evenhuis. Op zijn bedrijf in Schoonoord werd de uitvoeringsovereenkomst getekend. Evenhuis probeert in zijn bedrijfsvoering de nitraatuitstoot te voorkomen door gebruik te maken van machines, die zeer efficiënt de gewassen voorzien van meststoffen. Daarnaast zorgt hij ervoor dat op zijn akkers in elk seizoen planten groeien, die de nitraten opnemen. Zo zaait hij rogge op de vrijgekomen akkers, na de aardappeloogst. Bij zijn bedrijf horen gronden in de grondwaterbeschermingsgebieden Noordbargerbos/Valtherbos.

Volgens gedeputeerde Cees Bijl is de kringlooplandbouw een oud begrip in Drenthe. “Ik waardeer hoe Ger Evenhuis en de landbouwsector zelf actie ondernemen om te voorkomen dat het grondwater vervuilt. Deze vorm van ondernemerschap is goed voor onze provincie”, aldus Bijl. Hij wijst erop dat de provincie al eerder stappen heeft gezet om de landbouw te faciliteren hierin, via het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer.

Wat er niet in komt hoeft er ook niet uit

Ook WMD-directeur Leo Hendriks, die namens de twee betrokken drinkwaterbedrijven tekende, onderstreepte het belang van de aanpak aan de voorkant. “Wat er niet in komt, dat hoeven drinkwaterbedrijven er niet met extra zuiveringsstappen uit te halen bij de bereiding van drinkwater. Aan elke extra zuiveringsstap hangt een maatschappelijk prijskaartje, dat kunnen we met elkaar voorkomen door onder de gestelde nitraatnormen te blijven.” De WMD startte al eind jaren negentig een kennisgroep met boeren om samen actie te ondernemen.

Voorzitter Trienke Elshof van LTO Noord regio Noord benadrukte als ondertekenaar, dat boeren de stap om mee te doen niet moeten uitstellen. “We moeten nu zelf aan de slag om strengere regelgeving voor grondwater en meststoffen te voorkomen. Meedoen is vrijwillig, maar niet vrijblijvend. Het is in ons eigen belang.” Elshof geeft aan dat boeren mee kunnen doen in bestaande en daarmee bekende samenwerkingsprogramma’s. Ook zal er door de LTO-projectleiders via keukentafelgesprekken bekeken worden waar maatwerk kan plaatsvinden op bedrijfsniveau. “Het kringloop denken moet routine worden.” 

Ondertekening uvo nitraat – (F: J. Anninga)

Aanleiding

De aanpak vloeit voort uit een landelijke bestuursovereenkomst voor de aanpak van nitraatuitspoeling in grondwaterbeschermingsgebieden. Deze werd geïnitieerd en ondertekend door LTO Nederland, het Interprovinciaal Overleg, de vereniging van waterbedrijven Vewin, en de ministers van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en Infrastructuur en Waterstaat.

Doel van de overeenkomst is om in ca. 40 grondwaterbeschermingsgebieden de waterkwaliteit zodanig te verbeteren dat voldaan wordt aan de wettelijke norm voor nitraat. De overeenkomst is een onderdeel van het 6e Actieprogramma Nitraatrichtlijn. In Drenthe gaat het om de grondwaterbeschermingsgebieden: Gasselte, Havelterberg, Leggeloo en Noordbargeres/Valtherbos.

Datum 30 september 2018 Bert Jan Brinkman

Zorgen over vruchtbaarheid bodem door uitputting mineralen

Veenkoloniën bij de Westerdallen. (F: RTV1 / BJB)

VEENKOLONIËN  – Landbouwgronden dreigen op grote schaal uitgeput te raken. Dit doordat essentiële mineralen en sporenelementen niet worden aangevuld. “Het verlies daarvan wordt niet opgemerkt in standaardonderzoek. Wij maken ons ernstig zorgen over de bodemvruchtbaarheid op lange termijn”, stelt agrarisch adviesbureau Carpay naar aanleiding van onderzoek van 2013 tot 2016 met gesteentemeel in de Drents-Groningse Veenkoloniën en het gebied Westerwolde. Wageningen University & Research monitorde hierbij meerdere percelen in 2016 in opdracht van Carpay Advies, met financiering van LTO Noord Fondsen.

Problemen met de bodem hebben veelal een relatie met de afnemende mineralogische vitaliteit van de bodem. Voor veel onderzoekers en adviseurs binnen de landbouw is dit nieuw. Omdat de mineralogische uitputting van de bodem een doorgaand proces is, zal dit een toenemende negatieve doorwerking hebben op kwaliteit en opbrengst in de landbouw. “Integratie van mineralogische kennis in de landbouw verdient de hoogste prioriteit”, zegt Bert Carpay van Carpay Advies. “Want de landbouw loopt toenemende schade op doordat mineralogische kennis niet in de praktijk wordt toegepast.”

Uitputting van mineralen
Mineralen zijn onmisbaar voor een vruchtbare bodem. Bepaalde zand- en kleideeltjes in de bodem zorgen ervoor dat delta’s tot de vruchtbaarste gebieden ter wereld behoren. Vroeger voerden rivieren en zeeën deze mineralen continu aan, maar sinds we dijken hebben is deze aanvoer afgesneden. Het gevolg is dat de bodem uitput, hoe veel bemesting er ook wordt toegepast.

Steenmeel gebruiken
“Toepassing van steenmeel roept dit proces een halt toe”, weet Carpay op basis van genoemd onderzoek. “De wetenschappelijke kennis op het vlak van mineralogie laat er geen twijfel over bestaan dat dit nodig is voor herstel van de mineralogische vitaliteit van de bodem.” En ook zeker niet onbelangrijk: steenmeel draagt bij aan een goede ontwikkeling van het bodemleven. Om het bodemleven te stimuleren adviseert Carpay bovendien: “Vervang chemische middelen waar mogelijk door biologische en wees terughoudend met het toepassen van drijfmest. Mineralen en bodembiologie zijn basisvoorwaarden voor behoud en herstel van bodemvruchtbaarheid.”

Onderzoek
Tijdens het onderzoek in Groningen en Drenthe werden akkers voorzien van stroken met verschillende soorten steenmeel. Vervolgens werden kwaliteit en kwantiteit van opbrengsten bij verschillende soorten gesteentemeel en stroken die niet waren voorzien van steenmeel met elkaar vergeleken. “De verschillen in mineralogische samenstelling van diverse soorten steenmeel leverde grote verschillen op in de resultaten qua opbrengst, zowel de hoeveelheid opbrengst als kwaliteit, bijvoorbeeld de voederwaarde.”

Oorzaken van verschillen
Carpay legt uit hoe deze verschillen ontstaan: “De oorzaak van de uiteenlopende prestaties ligt in het feit dat uit dezelfde chemische elementen geheel verschillende mineralen opgebouwd kunnen worden met zeer diverse structuren. Deze structuren bezitten andere chemische en fysische kenmerken met uiteenlopende eigenschappen en functies in het bodemmilieu. Zo creëert elk mineraal onder meer een ander milieu voor het microleven in de bodem.”

Mineralogie
“Mineralen in de bodem hebben voor bemestingsdeskundigen vaak zeer verrassende effecten”, licht Carpay toe. “Gesteentemeel doet vaak iets heel anders dan onderzoekers en adviseurs verwachten. Soms zelfs precies het tegenovergestelde. Het positieve effect is zeker bij deskundig gebruik. En het is daarbij van groot belang de mineralogie van de bodem en gesteentemelen te begrijpen om de waarde voor bodemvruchtbaarheid te kunnen beoordelen. Onderzoek met integratie van mineralogische kennis is hiervoor onontbeerlijk.”

De notitie met resultaten van 4 jaar praktijkonderzoek in de Gronings-Drentse Veenkoloniën en Westerwolde zijn te downloaden via http://www.steenmeel.info/Notitie_LTO.pdf.

bijschrift illustraties: 
Twee figuren uit de notitie voor zetmeelaardappelen met gemiddelde resultaten ten opzichte van de referentie per steenmeelproduct>

Datum 1 september 2017 Bert Jan Brinkman

Agenda voor de Veenkoloniën gaat nog twee jaar door

Veenkolonien fotoVEENDAM – Stuurgroep van de Agenda voor de Veenkoloniën heeft vandaag besloten om de samenwerking in de Veenkoloniën voor 2 jaar te verlengen (2014 en 2015). De Stuurgroep is erg tevreden over de manier waarop gebiedspartners plannen hebben opgepakt binnen de speerpunten landbouw, energie en water. “Wij vinden het van groot belang dat in deze regio het proces van innovatie en verduurzaming samen met de agrarische sector met kracht wordt voortgezet. Partijen als AVEBE, LTO Noord en de agrarische natuurverenigingen hebben aangegeven dat zij, met steun van ons, daar primair de verantwoordelijkheid voor willen nemen. Daarom hebben we besloten om vanuit de Agenda voor de Veenkoloniën dit proces de komende 2 jaar nog volop te ondersteunen”, aldus
de voorzitter van de Stuurgroep Henk Staghouwer.

Innovatieprojecten
In de afgelopen periode (2012-2013) zijn er mede door een financiële impuls van het Rijk 65
innovatieprojecten in het gebied opgestart. De komende periode zal worden benut om niet alleen
deze projecten verder tot uitvoering te brengen maar ook om nieuwe projecten met steun van Rijk
en Europese fondsen als POP en EFRO te ontwikkelen. Doel van de samenwerkende partners is om
hiermee de agrarische sector in de Veenkoloniën per 2020 onafhankelijk te maken van extra
overheidssteun.

Innovatieprogramma Landbouw Veenkoloniën 2012-2020
Het Europese Landbouwbeleid zal per ingang van 1 januari 2015 sterk veranderen. Dit heeft grote
impact op de landbouwsector in de Veenkoloniën. Daarom heeft de Agenda voor de Veenkoloniën in
2012 reeds haar koers verlegd en wordt sindsdien gefocust op landbouw, energie en water. Samen
met gebiedspartners is het Innovatieprogramma Landbouw Veenkoloniën 2012-2020 opgesteld
waarmee gewerkt wordt aan de verdere versterking van de landbouw in de Veenkoloniën.
Staghouwer: “Wat we willen is dat de Veenkoloniën plek biedt voor een bloeiende landbouwsector
die op eigen benen kan staan, ook zonder extra steun uit Brussel. Met de start van het
Innovatieprogramma is de basis daarvoor gelegd. Graag willen we dit samen met de gebiedspartners
de komende jaren verder uitbouwen”.

Surf naar de Veenkoloniën

Datum 1 oktober 2013 Bert Jan Brinkman


-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal