Direct naar de inhoud.

Nieuw Hoofdstuk in voetbalsoap 2e mond

F: Marktplaats De Treffer’16

TWEEDE EXLOËRMOND – Voetbalclub De Treffer’16 uit 2e Exloërmond stapt naar de rechter om weer te kunnen voetballen op de velden in het dorp. Op dit moment heeft club voor volgend seizoen geen velden, omdat ze van de gemeente Borger-Odoorn niet mag spelen op de velden van Sportpark De Treffer, die eigendom zijn van Borger-Odoorn. De 260 leden tellende club daagt de gemeente voor de rechter om weer toegang te krijgen tot de velden. Het kort geding dient dinsdagmiddag bij de rechtbank in Assen.

Voetbalsoap De Treffer ’16 en TEVV

Dat De Treffer ’16 de velden niet mag gebruiken is een gevolg van een voortslepend conflict met de andere voetbalclub in het dorp, TEVV. Een groot deel van de leden van die uit 1934 stammende club richtte na onvrede in 2016 een eigen club op: De Treffer’16, die al snel uitgroeide tot een bloeiende vereniging.

Tussen beide verenigingen is het sindsdien niet meer goedgekomen. In een poging de neuzen dezelfde kant op te krijgen eiste de gemeente dat de clubs om tafel gingen en met een gezamenlijk plan kwamen om samen gebruik te kunnen maken van het sportpark.

Een van de opties was fuseren, maar de twee mochten van de gemeente ook naast elkaar gebruikmaken van de velden. Als de clubs er niet uit zouden komen, zou de gemeente beide clubs de toegang tot de velden ontzeggen. Dat legde de gemeenteraad in oktober vorig jaar vast in een motie.

Inzet rechtszaak

Nadat Borger-Odoorn de termijn om er onderling uit te komen een paar keer had verlengd en de clubs er alsnog niet uitkwamen, hakte de gemeente de knoop door: beide verenigingen mogen in het seizoen 2020/2021 geen gebruikmaken van de voetbalvelden. Protest bij de gemeente daarover door leden van De Treffer ’16 leverde niks op.

De vereniging vindt het onacceptabel. Ze stelt de enige in het dorp te zijn die momenteel een KNVB-licentie heeft en dus mag meedoen aan de competitie. De inzet van het kort geding is dat de club per 1 augustus weer toegang krijgt tot de velden en de kleedkamers in de Hunsowhal, waar de leden gebruik van maken. Daarbij eist De Treffer ’16 dat Borger-Odoorn een dwangsom van 10.000 euro per dag moet betalen als de gemeente niet meewerkt.

‘Slechte film’

Voorzitter Dennis Bergmann van De Treffer ’16 omschrijft de situatie van de laatste jaren als ‘een heel slechte film’. “We hebben meerdere oplossingen aangedragen bij de gemeente om eruit te komen, maar daar ging de gemeente niet mee akkoord. Wij kunnen nu niet voetballen, omdat TEVV niet akkoord ging met een fusie.”

Die optie hebben beide clubs bekeken om te kunnen voldoen aan de motie van de gemeente. Het liep onder meer stuk op de naam die de fusieclub moest krijgen. Bergmann: “Wij hebben als bestuur aangegeven dat we best de naam TEVV wilden overnemen, alleen dat die beslissing bij onze leden ligt. Zoiets moet in een ledenvergadering worden besloten, dat ligt vast in onze statuten. Daar ging TEVV niet mee akkoord.”

Samen spelen geen optie

Samen op de velden spelen was optie twee. Dat leek geen gemakkelijke optie, omdat er volgens Bergmann elke doordeweekse avond wel één of meerdere elftallen van De Treffer ’16 trainen. “Maar we hebben het er wel met TEVV over gehad. Toen puntje bij paaltje kwam, konden ze niet op tijd een elftal op de been brengen. Daarmee konden we dus ook niet aan die voorwaarde van de gemeente voldoen.” TEVV leidt volgens Bergmann sinds 2016 al een slapend bestaan.

“Het is bijzonder dat de gemeente ons weigert, terwijl wij als enige club in het dorp elftallen en een licentie om te spelen hebben. Doordat TEVV niet akkoord gegaan is, krijgen wij geen toegang tot de velden”, zegt Bergmann. “In de motie van de gemeente had ook de voorwaarde moeten staan dat, als één van de partijen niet wilde meewerken, zij geen gesprekspartner van de gemeente meer zou zijn. De voorwaarden klopten niet.”

De club ziet de gang naar de rechter als enige optie om komend seizoen weer in eigen dorp te kunnen voetballen.

 

 

Bron: RTV Drenthe

Datum 2 augustus 2020 Hielke Bosch

Man verliest zicht door kroeggeweld: cel geëist

F: Shutterstock

BORGER – “U heeft hem letterlijk het licht uit de ogen geschopt. Meerdere operaties hebben er niet voor kunnen zorgen dat zijn zicht ooit weer wordt zoals het was.” Dat zei de officier van justitie vandaag over het slachtoffer van een gevecht in een café in Borger. Tegen de verdachte, die voor hem zat, eiste hij vijftien maanden cel, waarvan vijf voorwaardelijk. De 25-jarige verdachte uit Borger moet van de officier van justitie ook bijna 36.000 euro schadevergoeding betalen aan het slachtoffer.

‘Eén klap’

Het ging mis in de nacht van 1 april 2018, toen de stiefzoon van het destijds 56-jarige slachtoffer in Café Happinezz het met andere jongens aan de stok kreeg en er over en weer geslagen werd. Iedereen had gedronken. Toen de 25-jarige man uit Borger zag dat zijn broertje erbij betrokken was, ging hij op het tumult af.

Volgens hem zag hij daarna dat zijn buurman met het latere slachtoffer op de grond lag. “Hij werd tegen zijn hoofd geschopt. Ik wilde tussenbeide komen en heb een klap uitgedeeld”, vertelde de Borgerder vanochtend in de rechtszaal. Het was gebleven bij die ene klap: een vuistslag in het gezicht van de 56-jarige man, hield hij vol.

Kopschoppen

Het slachtoffer zelf kon zich naderhand niet herinneren wat er was gebeurd, maar volgens drie getuigen gaf de verdachte hem niet alleen een vuistslag, maar daarna ook meerdere trappen tegen het hoofd. Omdat de verdachte zo door het lint ging, moesten anderen hem wegtrekken. Een van de getuigen vertelde de politie dat het slachtoffer bebloed werd weggedragen.

De lens in het linkeroog van de man bleek gescheurd. Hij had al verminderd zicht met dat oog, maar sinds de zware mishandeling ziet hij er vrijwel niets meer mee, vertelde hij in de rechtszaal. Ook is hij sinds het geweld vergeetachtig en heeft hij soms nog hoofdpijn. Lange tijd heeft hij niet kunnen werken.

Geen excuses

“Wat ik het ergste vind, is dat ik nu bijna 60 ben en eigenlijk de laatste fase van mijn leven in ga. Dat dat op deze manier moet, doet enorm pijn”, vertelde het slachtoffer. De officier van justitie nam het de verdachte kwalijk dat hij de afgelopen twee jaar niet eens excuses had gemaakt.

Advocaat Ronald Knegt vroeg de rechtbank de zaak te onderbreken om een onafhankelijke oogarts onderzoek te laten doen naar het letsel van het slachtoffer, omdat hij daar veel vragen over heeft. Bovendien handelde zijn cliënt uit noodweer, omdat hij zijn buurman wilde helpen, aldus Knegt. Hij zou daarom geen straf moeten krijgen.

De rechtbank doet over twee weken uitspraak.

 

 

 

 

Bron: RTV Drenthe

Datum 7 juli 2020 Hielke Bosch

OM: vonnis voor ‘drugsatleet’ Roelf B. en Gert-Jan N. is onbegrijpelijk

Ference Rab (Foto: Eddy Zwerver | RTV Noord)

BOEDAPEST – Bij het Openbaar Ministerie in Boedapest snappen ze het even niet meer. De rechter legde maandag Roelf B. en Gert-Jan N. uit Stadskanaal ‘maar’ vijf jaar cel op. ‘De logica van de rechter is een andere dan die van de aanklager.’ OM-woordvoerder Ference Rab doet nauwelijks moeite zijn verbazing en onbegrip te verbergen als hem wordt gevraagd wat hij vindt van het vonnis voor de twee Stadskanaalsters, die zijn veroordeeld voor grootschalige drugssmokkel en -handel.

Rab: ‘De rechter moet bij zijn afweging rekening houden met zowel de subjectieve als de objectieve omstandigheden. Kennelijk heeft hij vooral gekeken naar de persoonlijke omstandigheden van de verdachten. Volgens mij heeft hij een andere logica gevolgd dan wij.’

Goed georganiseerd

Die objectieve omstandigheden zijn duidelijk, zegt Rab: ‘Ze hadden meer dan zevenduizend xtc-pillen en ruim vijftien kilo marihuana bij zich. En iemand heeft voor financiering gezorgd, waardoor ze in staat waren dit te doen. Het was al met al heel goed georganiseerd. Vijf jaar, de wettelijke minimumstraf voor ernstige drugsmisdrijven, is in dit geval echt te weinig.’

De wettelijke minimumstraf voor ernstige drugsmisdrijven is in dit geval echt te weinig

Ference Rab, OM-woordvoerder

Van de naïviteit van de twee mannen, die door de verdediging als een van de verzachtende omstandigheden is aangevoerd, lijkt het OM dus weinig te geloven. Maar wat de aanklager vooral stoort, is dat de ‘deal’ die het OM en de verdachten hadden gesloten, door de rechter aan de kant is geschoven.

Verbaasd

De aanklager bood Roelf B. acht jaar en Gert-Jan N. tien jaar, op voorwaarde dat ze schuld zouden bekennen. Daarmee zouden ze de kans op een nog zwaardere straf ontlopen, namelijk tot twintig jaar of zelfs levenslang.

Rab: ‘We hebben een strafvoorstel gedaan. Ze hebben een aantal weken de tijd gehad om daarover na te denken. Toen het zover was, gingen ze akkoord en bekenden daarmee schuld. We waren het dus met elkaar eens. Toen het vonnis werd uitgesproken, keken ook de advocaten verbaasd op. Ja, de rechter heeft het uiteraard recht deze overeenkomst terzijde te schuiven, maar zo is de wet volgens mij niet bedoeld’.

Politieke druk?

Die wet, waaraan Rab refereert, is in 2018 ingevoerd en maakt het mogelijk dat verdachten, als ze dat willen, een (langdurig) proces vermijden. Ze weten dan eerder waar ze aan toe zijn. Ook voor de aanklager scheelt het tijd. Daarmee weten alle partijen waar ze aan toe zijn. Het is dan het einde van het strafproces, legt de woordvoerder uit.

Het komt daarom bijna nooit voor dat de Hongaarse rechter zo’n strafovereenkomst tussen het OM en een verdachte niét overneemt. Waarom in dit geval dan wel? Is er sprake van politieke druk? De zaak van B. en N. krijgt veel aandacht in de media, mede omdat B. tot zijn arrestatie bekend stond als een talentvolle atleet.

Van politieke druk is absoluut geen sprake

Ference Rab, OM-woordvoerder

‘Van politieke druk is absoluut geen sprake’, zegt Rab beslist. ‘Misschien komt het omdat een rechter in een grote stad vaker te maken heeft met drugsmisdrijven. Het kan zijn dat die onbewust met elkaar gaat vergelijken. Een rechter in een landelijk gebied, waar dit soort misdrijven veel minder voorkomt, is geneigd strenger te straffen. Maar of dat in dit geval ook meespeelt, weet ik niet.’

Met welke lagere straf was het OM eventueel wel akkoord gegaan? Rab: ‘Wij hebben gezegd: acht en tien jaar. Niet meer, niet minder. Het strafvoorstel is heel precies geformuleerd, zoals de wet voorschrijft. Maar als de rechter een half jaar minder had opgelegd, waren we niet in beroep gegaan. Want een hoger beroep kost tijd, en dat weegt dan niet op tegen dat half jaar.’

Vluchtgevaar

Het OM heeft niet alleen beroep aangetekend tegen de strafmaat. Ook het huisarrest, waaronder B. en N. in afwachting van het hoger beroep zijn geplaatst, stuit op bezwaar. De aanklager is bang dat de twee de benen zullen nemen, ook al moeten ze een enkelband dragen en mogen ze hun appartement niet uit.

Rab: ‘Ook al krijgen ze bijvoorbeeld zes of zeven jaar cel, het blijft een zware straf. Dus is het risico groot dat ze vluchten.’

Dat de rechter huisarrest heeft opgelegd in plaats van de twee Stadskanaalsters voorlopig weer naar hun cellen terug te sturen, kan dat bedoeld zijn om te voorkomen dat het hoger beroep door het OM onnodig lang wordt gerekt?

Rab: ‘Nee, dat denk ik niet. De wet schrijft voor dat we een onderzoek binnen twee jaar afronden. De politie heeft tijd nodig, er moeten getuigen worden gehoord. Dat is in dit geval binnen een jaar gebeurd. Ik vind dat het snel is gedaan, zeker gezien de gevolgen van de corona-pandemie [Door de uitbraak van het coronavirus lag de rechtspraak in Hongarije een paar maanden vrijwel stil – redactie].’

‘Hoger beroep komend najaar’

Hoe gaat het nu verder? De OM-woordvoerder verwacht dat binnen enkele weken een besluit wordt genomen over het bezwaar tegen het huisarrest. De beslissing in het hoger beroep over de strafmaat zal waarschijnlijk komend najaar worden genomen, denkt hij.

Het hoger beroep hoeft niet veel tijd te kosten, zegt Rab: ‘De schuldvraag hoeft niet meer te worden beantwoord, want de verdachten hebben bekend. Dat betekent ook dat wij geen hogere straf kunnen eisen dan de acht en tien jaar. Wij hadden met beiden immers overeenstemming.’

 

 

 

Bron: RTV Noord

Datum 30 juni 2020 Hielke Bosch

NAM verliest hoger beroep waardevemindering

REGIO – Dit meldt RTV-Noord vandaag, 23 januari. Ook als de huizen nog niet verkocht zijn of als de woning nog geen fysieke schade heeft moet de NAM de waardedaling van huizen in het aardbevingsgebied vergoeden. Dit is de uitspraak van het gerechtshof in Leeuwarden in de zaak die Stichting WAG voor 4000 eigenaren heeft aangespannen. 

In de ogen van WAG zorgde het niet direct compenseren van schade en waardedaling ervoor dat verkopers hun woning niet voor een goede prijs kunnen verkopen. Ook Groningers die hun woning niet wilden verkopen kwamen niet in aanmerking voor compensatie.

De rechtbank in Assen sprak in 2015 al uit dat de NAM direct over de brug moest komen. De NAM ging in hoger beroep en heeft dit nu ook verloren. De stichting WAG wil zo snel mogelijk met hun advocaten en de NAM om tafel  om de compensatie te bespreken. Bij de WAG zijn 12 woningcorporaties aangesloten.

 

Datum 24 januari 2018 Redactie


-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal