Direct naar de inhoud.

Wind- en zonneparken ontvangen 570 miljoen te veel aan subsidie: ‘Dit moet terug naar de consument’

Windpark Drentse Monden en Oostermoer. Foto: Hielke Bosch/RTV1

BORGER-ODOORN – Investeerders hebben in 2019 en 2020 zo’n 570 miljoen euro te veel subsidie gekregen voor de aanleg van windparken. Dat zeggen onderzoekers van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) tegen EenVandaag.

De subsidie voor windparken wordt betaald door de consument, via een heffing op gas en elektriciteit. Het geld is bedoeld om de klimaatdoelen te halen, maar verdwijnt voor een groot deel in de zakken van de investeerders zo ontdekte het tv-programma.

Geld moet terug naar consument

Raadslid Daan Hooiveld van Gemeentebelangen Borger-Odoorn is zacht gezegd niet blij met het bericht en stelt dan ook vragen aan het college. “Het is van de zotte dat het zo moet uitkomen en dat de RUG dit moet openbaren. Als dat hier ook zo is met de zonneparken en het Windpark Drentse Monden dan willen we dat die subsidies terugbetaald worden. De consument heeft die subsidie namelijk bekostigt.’

Gemeente moet gesprek aangaan

Daarnaast ziet Hooiveld dat de 570 miljoen die de zonneparken en windparken teveel hebben gekregen over de periode 2019 en 2020 gaan. “Met de verhoogde energieprijzen zijn wij heel erg benieuwd wat zij dan over 2021 hebben ontvangen.’ Hij wil van het college van Borger-Odoorn weten of ze op de hoogte zijn van deze bedragen. “Ik verwacht eerlijk gezegd dat het onder de pet wordt gehouden. Ze zijn namelijk niet verplicht dit aan de gemeente te melden.’

Hooiveld hoopt dat het college het gesprek aan wil gaan met het windpark en de zonneparken in de gemeente. ‘Dat zou een eerste stap zijn als het college dat niet wil doen zullen wij ons beraden op een motie omdat wij vinden dat een overheid daar op kan toezien.’

De vragen van Gemeentebelangen zullen donderdagavond tijdens de gemeenteraad behandeld worden.

 

Datum 21 december 2021 Jelmer Wijnstra

Voormalige universiteitsbaas uit Mussel krijgt Duitse onderscheiding

F: Sibrand Poppema

MUSSEL/KUALA LUMPUR – Voormalig bestuursvoorzitter Sibrand Poppema van de Rijksuniversiteit Groningen (RUG) heeft een prestigieuze Duitse onderscheiding gekregen. Poppema kreeg het Bundesverdienstkreuz 1e klasse, te vergelijken met onze koninklijke onderscheiding, voor zijn verdiensten voor de Nederlands-Duitse samenwerking op het gebied van onderwijs.

Gepensioneerd

De 71-jarige oud-inwoner van Mussel stopte twee jaar geleden als hoogste baas van de universiteit en ging met pensioen. In zijn tien jaar als voorzitter van het college van bestuur zette Poppema de universiteit internationaal op de kaart. Ook kwam hij met het plan om een dependance van de Groningse universiteit te beginnen in het Chinese Yantai. Maar dat stuitte vanwege de mensenrechtensituatie in China op zoveel verzet binnen de universiteit en in de Nederlandse politiek, dat er een roemloos einde kwam aan de Chinese ambities van Poppema.

Tegenwoordig woont de oud-Musselker met zijn vrouw in Kuala Lumpur.

 

 

Bron: RTV Noord

Datum 4 januari 2021 Hielke Bosch

Archeologisch experiment bij Hunebedcentrum

BORGER – Vanaf 20 september gaan er experimenten plaatsvinden bij het Hunebedcentrum door de WEAG (Werkgroep Experimentele Archeologie Groningen), een initiatief vanuit de studentenvereniging Archeologie ‘Bachur’. Dit is het eerste archeologische experiment op het terrein van het Hunebedcentrum. Het onderzoek dat wordt uitgevoerd, de aankomende tijd, betreft het archeologische vraagstuk van de haardkuil.

Kuilen

Haardkuilen worden met honderden en soms duizenden samen aangetroffen op zandgronden in Nederland en voornamelijk in Noord-Nederland. De daadwerkelijke functie van deze kuilen is tot nu toe onzeker. Omdat er veel koolstof in zit, zijn deze kuilen te dateren en is gebleken dat ze behoren ze tot de periode van de middensteentijd. Sommige plekken met haardkuilen lijken wel meer dan 1000 jaar te zijn gebruikt. Het idee is dan ook dat alle kuilen niet eenmalig zijn gebruikt, maar dat mensen telkens terug kwamen haardkuilen te graven en te gebruiken om iets te produceren. De grote vraag is: wat werd er geproduceerd? Er zijn drie ideeën: vuursteen voorbereiden waardoor het beter te bewerken valt met behulp van hitte, voedselbereiding of de productie van houtteer.

Houtteer

Met dit laatste idee gaat de werkgroep bezig. Dit idee is afkomstig van professor Hans Huisman, bijzonder hoogleraar aan de Rijksuniversiteit Groningen. De komende weken gaat de werkgroep dus proberen om houtteer te produceren in een haardkuil. Met deze experimenten hopen de studenten deze puzzel op te lossen. Succes levert een bijdrage aan het lopende wetenschappelijk onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen.

Datum 20 september 2019 Bert Jan Brinkman

Langer thuis wonen met GPS in je schoenen

.

VEENDAM – Zorggroep Meander werkt samen met de Rijksuniversiteit Groningen in een internationaal onderzoek naar technologische toepassingen voor ouderen met geheugenproblemen. Een driejarige meervoudige case study in Nederland, Zweden en Canada moet inzicht geven in hoe de leefomgeving van zelfstandig wonende ouderen verbeterd kan worden. Voor dit onderzoek zoekt men nog deelnemers.

Onze bevolking wordt steeds ouder en er zijn steeds meer mensen met geheugenproblemen en/of beginnende dementie die zelfstandig wonen. Eigenlijk weten we maar weinig over hoe zij hun fysieke en sociale leefomgeving ervaren en welke behoeftes er liggen. Het onderzoek is dan ook gericht op het beter begrijpen van het dagelijks leven van ouderen met geheugenproblemen.

Monitoren mobiliteit in het dagelijks leven
“Het is belangrijk om de mobiliteit en het welzijn van mensen met geheugenproblemen in de gaten te houden,” zegt hoofdonderzoeker bij de RUG prof. dr. Louise Meijering. “Daarmee krijgen we inzicht in de verandering van zorgbehoeften en de leefomgeving. Dit kan helpen bij het nemen van beslissingen over zelfstandig wonen.” Nieuwe technologie kan daarbij een rol spelen. Zo kan er bijvoorbeeld in de toekomst een geavanceerde GPS-schoenzool worden ingezet om de oudere meer vrijheid te geven.

Beleving van de oudere zelf
Erika Slachter, wijkverpleegkundige bij Zorggroep Meander, heeft inmiddels 10 ouderen aangedragen voor het onderzoek. Allemaal uit de regio Ter Apel, waar ze zelf actief is. Ze is er blij mee dat dit onderzoek loopt. “We gaan uit van de beleving en de mogelijkheden van de oudere zelf, daar gaat het mij om,” licht ze toe. “Ook merken we dat het heel waardevol is om de mantelzorgers bij het onderzoek te betrekken.” Het liefste zou ze nog een stuk of tien ouderen willen enthousiasmeren voor het onderzoek.

Deelname aan het onderzoek
In het onderzoek wordt iedereen betrokken die met de leefsituatie te maken heeft: eerst ouderen met geheugenproblemen en hun mantelzorgers; later ook zorgprofessionals, beleidsmakers en technologieontwikkelaars.

Het onderzoek duurt alles bij elkaar ongeveer twee weken, waarbij er twee keer contact is met de onderzoekers. De eerste keer wordt er een vragenlijst ingevuld en loopt de onderzoeker mee op de favoriete route van een oudere, tijdens een zogeheten ‘wandelinterview’. De tweede keer wordt er een diepte-interview gehouden. Tussendoor wordt van de oudere gevraagd om een GPS-tracker mee te nemen en een dagboekje bij te houden.

Interesse in deelname?
Aanmelden voor het onderzoek kan via de website www.rug.nl of bij hoofdonderzoek prof. dr. Louise Meijering via l.b.meijering@rug.nl of tel. 050 36 38606. Erika Slachter, Wijkverpleegkundige/Casemanager Dementie in Ter Apel, kan meer informatie geven of bij u langskomen om te vertellen wat het onderzoek inhoudt. Zij is te bereiken via e.slachter@zgmeander.nl

Datum 27 maart 2019 Redactie

Onderzoek naar overerfbare armoede in de Veenkoloniën

Vergezicht Veenkoloniën bij de Westerdallen. (F: RTV1)

STADSKANAAL/VEENDAM – De Rijksuniversiteit Groningen gaat onderzoek doen naar armoede in de Drents-Groningse Veenkoloniën. Die armoede treft zo’n 12.000 gezinnen.Volgens de onderzoekers is deze armoede al generaties lang aanwezig en de vraag is hoe deze beter kan worden aangepakt.

Waardoor deze armoede van generatie op generatie wordt doorgegeven (overerfbare armoede) is niet bekend en dat wordt onderzocht door de Rijksuniversiteit. Ook wordt gekeken hoe armoedehulp vanuit gemeenten beter kan worden geregeld.

De universiteit doet het onderzoek in opdracht van de provincies Drenthe en Groningen. Zij willen gemeenten ondersteunen om de armoede aan te pakken. “De armoedeproblematiek in de Veenkoloniën moet doorbroken worden”, reageert de Groningse gedeputeerde Eelco Eikenaar via de NPO / NOS. Het onderzoek loopt van 2017 tot 2020 en gaat 60.000 euro kosten.

Datum 13 juli 2017 Bert Jan Brinkman

Bijzondere Leerstoel Bevolkingsdaling en Leefbaarheid voor Noord-Nederland

Rijksuniversiteit GroningenGRONINGEN – Er komt een Leerstoel Bevolkingsdaling en Leefbaarheid voor Noord-Nederland aan de Rijksuniversiteit Groningen. Deze bijzondere leerstoel wordt ingesteld vanwege de Stichting ter Bevordering van Ruimtelijke Wetenschappen bij de Faculteit Ruimtelijke Wetenschappen van de RuG met steun van de provincies Groningen, Friesland en Drenthe. Hiermee kan het wetenschappelijk onderzoek naar de leefbaarheid en de factoren die leefbaarheid in krimpgebieden bepalen verder geïntensiveerd worden. Het gaat dan om zaken als de kwaliteit van de woonomgeving, vrijkomend onroerend goed, toegankelijkheid van voorzieningen, sociale cohesie en mobiliteit. Voor het vinden van een hoogleraar is inmiddels door de RuG een sollicitatieprocedure gestart.

 

Noord-Nederland heeft steeds meer te maken met de gevolgen van bevolkingsdaling en een veranderende bevolkingssamenstelling. In de provincie Groningen zijn drie gebieden aangewezen als krimpregio en ook in de provincies Friesland en Drenthe nemen in de zogenaamde ‘anticipeerregio’s’ (regio’s waar krimp verwacht wordt) de bevolkingsaantallen steeds verder af. (In Friesland zijn nu vier in plaats van twee anticipeerregio’s aangewezen.) Gevolgen zijn onder meer het verdwijnen van voorzieningen, veranderende werkgelegenheid en leegstaande of moeilijk verkoopbare woningen. Het zijn ontwikkelingen die grote invloed hebben op de leefbaarheid in krimp- en anticipeerregio’s en het zijn ingewikkelde vraagstukken die om specifieke aandacht vragen. De leerstoelhouder zal daarbij ook vergelijkingen maken met andere krimpregio’s in Europa.

Wetenschappelijk fundament
Gedeputeerde Marianne Besselink van de provincie Groningen is erg blij met de komst van de leerstoel: “We zijn in Noord-Nederland al jaren bezig met maatregelen om de gevolgen van de bevolkingsdaling op de leefbaarheid op te vangen. En daarin zijn we een voorloper in Nederland.

Met deze leerstoel kunnen we onze aanpak een nog steviger wetenschappelijk fundament geven en krijgen we nog beter zicht op wat werkt en wat niet, en waarom. Dit ook in vergelijking met wat er gebeurt in andere krimpregio’s in Europa.”

Samenwerking

De drie noordelijke provincies werken al langer samen om de gevolgen van bevolkingsdaling voor de leefbaarheid in kaart te brengen en kennis te delen rond succesvolle aanpakken. Door de Rijkuniversiteit Groningen en de Hanzehogeschool wordt met ondersteuning van de drie provincies al samengewerkt in het Kenniscentrum Krimp Noord-Nederland (KKNN). Het Kenniscentrum onderzoekt verschillende aspecten van de krimp en ontsluit deze kennis voor een breed publiek. Dit in aansluiting op en afgestemd met het onderwijsaanbod en onderzoek dat door het lectoraat krimp van de Hanzehogeschool en vanuit de verschillende leerstoelen van de RUG wordt verzorgd.

Wetenschap
Er blijkt echter grote behoefte aan specifieke afdekking van de verschillende thema’s die te maken hebben met bevolkingsdaling en leefbaarheid op hoogleraarsniveau. Dit ter versterking van de slagkracht in maatschappelijke en wetenschappelijke debatten en activiteiten op nationaal en internationaal niveau. Zowel op het terrein van de wetenschap als van beleid gaat de discussie over krimp steeds  vaak over thema’s die vooral in stedelijk gebied spelen. De positie van dunnerbevolkte gebieden, zoals Noord-Nederland, dreigt daarin onder te sneeuwen. De bijzondere leerstoel bevolkingsdaling en leefbaarheid wordt ingesteld voor een periode van vijf jaar.

Datum 13 februari 2015 Bert Jan Brinkman

Twee leerlingen Hagenhofschool zoutkristallenkampioen van Noord-Nederland

Zout2STADSKANAAL – Twee leerlingen van OBS De Hagenhofschool in Stadskanaal zijn afgelopen woensdag 5 november in Groningen uitgeroepen tot zoutkristallenkampioen van Noord-Nederland. Uit acht finalisten kwamen Ella en Femke als winnaar uit de bus. De zoutkristallengroeiwedstrijd maakt onderdeel uit van Zout: daar zit wat in!, een onderwijsproject van AkzoNobel en de Rijksuniversiteit Groningen (RUG).

Doel van de wedstrijd is dat leerlingen van de groepen 7 en 8 van basisscholen thuis een zoutkristal laten groeien. Het groeiproces moet nauwkeurig worden bijgehouden en beschreven in een online logboek. Op basis van het logboek en een presentatie oordeelt een jury welk team het experiment het best heeft uitgevoerd.

Volgens de jury was dit jaar het niveau ongekend hoog en was het bepalen van de winnaar een zeer lastige klus. Uiteindelijk werd gekozen voor de zoutkristallen van Ella en Femke. De jury was erg enthousiast over hun planetenstelsel en prees hun creativiteit en samenwerking. Met behulp van olijven, pingpongballen en folie hebben zij hun hun zoutkristallen laten groeien.

Volgens hun begeleider juf Alette Holtjer is het meer dan alleen maar een wedstrijdje. “De twee meisjes hebben echt een soort wetenschappelijk onderzoekje gedaan, waarbij ze hun eigen experiment ontwierpen, dit volgden en daarbij waarnemingen deden. Zo maakten ze kennis met de basisvaardigheden van een wetenschapper. Ze hebben deze kampioenschap dan ook echt verdiend.”

Ook directeur Tiny Boerma is heel trots op haar twee leerlingen. “Bij ons op de Hagenhofschool staat samenwerkend leren en presenteren hoog in het vaandel. De meiden laten met het behalen van dit kampioenschap zien dat projectmatig werken en het stellen van hogere orde van vragen zijn vruchten oplevert. Ze hebben een uitstekende presentatie verzorgd.”

De twee meisjes hebben als prijs een vip-reis naar de Noord-Duitse zoutstad Lüneburg gewonnen.

Datum 10 november 2014 Bert Jan Brinkman

De Universiteit van… Gieten!

rug_logoGRONINGEN – Ter ere van haar 400ste verjaardag gaat de Rijksuniversiteit Groningen op stap in Drenthe, Friesland en Groningen. Op zaterdag 31 mei slaat zij haar tenten op bij Hotel Braams in Gieten. Met de Discovery truck, het mobiel planetarium en sterrenkundige Ger de Bruyn brengt de RUG een programma voor kinderen en volwassenen over het heelal. Het programma duurt van 12.00 tot ca. 16.00 uur en is vrij toegankelijk. Iedereen is welkom!

In de Discovery truck, de rondreizende collegezaal van de RUG, vertelt sterrenkundige Ger de Bruyn over het heelal. Hoe groot is het heelal? En als het heelal uitdijt, waar gaat dit dan naartoe?

En in groepen van ca. 25 personen kan in het mobiel planetarium – een koepeltent van 6 meter doorsnede –een reis gemaakt worden naar de sterren en planeten. Bekijk de planeten rond onze zon van dichtbij: de maan, de zon, Mars, Jupiter en het verre Pluto.

Verder kun je (op eigen gelegenheid) een fietstocht maken waarbij je onderweg je kennis over het heelal kunt testen. Deze fietstocht leidt je langs de Lofar-telescoop waar uitleg gegeven wordt over de meest moderne radiotelescoop ter wereld. Hier kunnen kinderen ook hun eigen waterraket lanceren.

Het programma

12.30 – 12.50 uur   Kindercollege Ger de Bruyn

13.40 – 14.00 uur   Volwassencollege Ger de Bruyn

14.50 – 15.10 uur   Kindercollege Ger de Bruijn

En vanaf 12.15 uur start iedere drie kwartier een nieuwe reis in het planetarium.

400 dagen voor 400 vragen

Onder de titel ‘De Universiteit van…’ bivakkeert de Rijksuniversiteit Groningen op vier zaterdagen in mei beurtelings in Friesland, Groningen en Drenthe. In Franeker (3 mei) kwamen de vragen over de Friese en Groningse cultuur aan bod. In Stedum (10 mei) de vragen over de gezondheid en sport gekoppeld aan de Steemer Omloop. In Aduard (17 mei) stond de natuur en cultuur centraal.
Deze zaterdagen maken deel uit van het ‘400 dagen voor 400 vragen’-programma. Ter gelegenheid van haar 400ste verjaardag gaf de universiteit iedereen de kans vragen voor te leggen aan deskundigen binnen de RUG. Er zijn ruim 400 vragen gesteld en al die vragen worden op diverse wijzen beantwoord.

Iedereen in beweging voor Actief Oud is Goud

Naast het beantwoorden van vragen, nodigt de RUG met het programma ‘De Universiteit van…’ ook iedereen van harte uit naar Groningen te komen voor onder meer het evenement Iedereen in beweging voor Actief Oud is Goud. Een groots evenement op vrijdag 23 mei op het Broerplein, waarbij het door het publiek gekozen wetenschappelijk onderzoek Actief Oud is Goud centraal staat. Ook dit onderzoek komt voort uit het project ’400 dagen voor 400 vragen’.

Datum 27 mei 2014 Bert Jan Brinkman


-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal