Direct naar de inhoud.

De geologische wandeling in Borger: een reis door de geschiedenis van oeroude stenen

  • door:
  • op:
Hunebed D27, het grootste hunebed van Nederland | © Mart Andries / RTV1

BORGER – Hoe is de Hondsrug ontstaan? Waaraan herken je windkanters? En wat is het raadsel van het grootste hunebed van Nederland? Het antwoord op deze vragen en nog veel meer ontdek je tijdens de geologische wandeling van het Hunebedcentrum in Borger. 

Gerrit Eggink, vrijwilliger bij het Hunebedcentrum zette zo’n 7 jaar geleden, in samenwerking met Harry Huisman, de geologische wandeling op touw. Sindsdien loopt Eggink regelmatig met bezoekers mee als gids. 

Tijdens de wandeling neemt Eggink bezoekers mee op een reis door de geschiedenis van oeroude stenen. Gedurende de 3 km lange wandeling vertelt Eggink over de geschiedenis van de stenen die in het Hunebedcentrum en in de omgeving van Borger te vinden zijn. Zo wandel je langs het Mammoetpad, bezoek je de Joodse begraafplaats in Borger, bekijk je de stenentuin bij het Hunebedcentrum en bezoek je het centrum van Borger. ‘Het is een hele leuke wandeling die veel inkijk geeft in de geologie van de Hondsrug. Bezoekers krijgen veel informatie over stenen, wat er met de stenen in Drenthe is gebeurd en wat voor stenen je nu nog in de grond kunt vinden.’ zegt Eggink. 

Een verhaal achter iedere steen

Door collega’s wordt Eggink ook wel ‘de steenexpert’ genoemd. Die naam maakt hij tijdens de wandeling al snel waar. Vol enthousiasme vertelt Eggink over de verschillende ijstijden die hebben plaatsgevonden, de stenen die in deze periodes naar Nederland zijn gereisd en over het ontstaan van de Hondsrug. Eggink legt ons uit dat veel stenen rondom het Hunebedcentrum gidsgesteenten zijn. Dat zijn zwerfstenen waarvan de herkomst in Scandinavië bekend is. In de stenen tuin van het Hunebedcentrum pikt hij er met gemak een aantal stenen uit die kenmerken vertonen van de laatste ijstijden. Hij laat gidsgesteenten gezien, wijst gletsjerkrassen aan en legt in detail het ontstaan van windkanters uit.‘Als je na begint te denken over wat er hier allemaal is gebeurd, zo lang geleden. Dat is werkelijk fascinerend.’ 

Tijdens het wandelen blijft Eggink regelmatig even staan om iets uit te leggen over een gesteente of om een bijzondere steen te laten zien die hij heeft meegenomen. Halverwege de wandeling belanden we op een grote stapel stenen die door een boer van het land zijn verzameld. Al na een paar seconden vist Eggink er een paar bijzondere stenen uit. ‘Kijk, dit is een prachtige kwarts-porfier, een vulkanisch gesteente.’

Gerrit Eggink laat de kenmerken van een windkanter zien | © Mart Andries / RTV1

66 miljoen jaar oud

Hij houdt een grote rood-oranje steen in de lucht. ‘En deze vuursteen zit vol met fossielen.’ Hij houdt alweer een andere steen in zijn hand en wijst naar kleine witte vlekjes op de steen. ‘Zie je al die witte streepjes? Dat zijn kleine mosdiertjes. Deze steen is waarschijnlijk zo’n 66 miljoen jaar oud.’ zegt Eggink, alsof het niets is. 

‘Als je eenmaal weet wat je zoeken moet, dan zie je er veel meer liggen. Maar je moet het even weten’ zegt Eggink met het vertrouwen van iemand die dit al jaren doet.

Het belang van geologie 

Hoe langer we met Eggink onderweg zijn, hoe meer we ons beseffen dat iedere steen op de Hondsrug een ander verhaal in zich draagt en hoeveel er te ontdekken valt over de oeroude stenen van Drenthe. 

Volgens Eggink kan een geologische wandeling mensen meer leren over onze geschiedenis. ‘De stenen die hier liggen zijn allemaal zo’n 1.8 miljard jaar oud. Als je die stenen ziet, vraag je je af wat er in die tijd allemaal is gebeurd.’ Gerrit gebruikt graniet als voorbeeld. ‘Als je ergens graniet vindt, bijvoorbeeld in Zweden of Noorwegen, dan weet je dat daar ooit een berg heeft gestaan. Graniet bevindt zich namelijk onder bergen. De aarde is al zo’n 4.5 miljard jaar oud, dus er is al zo gigantisch veel gebeurd.’

Geluksstenen

Door meer te leren over onze geschiedenis kunnen we onze eigen plaats in deze geschiedenis beter in perspectief plaatsen. Eggink onderschrijft dit en vertelt dat met name kinderen tijdens deze wandeling veel leren over het ontstaan van stenen. ‘Soms krijg je tijdens de wandeling hele discussies over stenen met kinderen. Dat is echt heel leuk.’ zegt Eggink.

Vooral het zoeken naar stenen vinden de kinderen erg leuk. ‘Ik vind het altijd bijzonder om te zien dat kinderen met name vuurstenen oprapen. Of zogenaamde Hühnergötter. Dat zijn vuurstenen met een gat erin. Die brengen geluk.’ zegt Eggink met een glimlach.’

Het raadsel van D27

Het grootste hunebed van Nederland (D27) mag natuurlijk ook niet ontbreken tijdens de wandeling. Het is het eindpunt van de geologische wandeling. We staan naast de reusachtige stenen terwijl Eggink ons meer vertelt over de functie van hunebedden. ‘Een hunebed is niet alleen een graf maar ook een heel ceremonieel object. Er werden niet alleen begrafenissen bij gegeven maar ook allerlei soorten feesten.’

Bij de ingang van het imposante hunebed deelt Gerrit een geheimzinnig verhaal: ‘Een paar jaar geleden hebben ze een onderzoek gedaan naar de grond rondom het hunebed door middel van echo’s en radars. Ze hebben toen bij de poortstenen iets gevonden waarvan ze niet weten wat het is. Het enige wat we weten is dat er iets in foetushouding ligt, maar of het een mens of een dier is, is onbekend.’ Omdat er geen graafwerk verricht mag worden in en rondom een hunebed zullen onderzoekers er voorlopig ook nog niet achter komen wat er in de grond verborgen ligt. 

De ingang van hunebed D27 | © Mart Andries / RTV1

Interessant voor iedereen

De geologische tour van het Hunebedcentrum kan vrijwel iedere week zelfstandig worden gelopen door middel van een audiotour. In de vakantieperiodes loopt Eggink regelmatig als gids mee om de wandeling nog meer tot leven te brengen. 

De geologische wandeling trekt veel bezoekers uit Nederland en België. Bijzonder genoeg zijn er maar weinig mensen uit de omgeving die de route lopen terwijl de geologische wandeling volgens Eggink ook zeker de moeite waard is voor Drentenaren: ‘Sommige mensen denken: wat dichtbij is, is niet leuk. Maar dichtbij is het ook heel leuk! Je komt toch altijd dingen tegen waarvan je denkt: Zit dat zo in elkaar? Dat heb ik vroeger op school heel anders geleerd. Je leert op die manier heel anders naar je eigen gebied kijken,’ zo sluit hij af.



-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal