Direct naar de inhoud.

Spreidingswet: Zoveel asielzoekers moet jouw gemeente gaan opvangen

  • door:
  • op:
Bedden in de noodtent in Stadskanaal | © Jelmer Wijnstra/RTV1

REGIO – Vorige week heeft de Eerste Kamer de spreidingswet aangenomen. Woensdagochtend maakte het ministerie van Veiligheid en Justitie bekend hoeveel asielzoekers er per gemeente opgevangen moeten gaan worden. Wat betekent dit voor Borger-Odoorn, Stadskanaal en Veendam?

De wet is bedoeld om het aanmeldcentrum in Ter Apel te ontlasten en gaat donderdag in. Op grond van de wet kunnen gemeenten gedwongen worden asielzoekers op te vangen. In totaal moeten provincies en gemeenten de komende twee jaar samen 96.000 opvangplekken voor asielzoekers regelen. Dat kan ook gaan om bestaande opvang. De verdeling is gebaseerd op het inwoneraantal en hoe rijk een gemeente is.

Stadskanaal en Veendam

In Stadskanaal moeten er volgens de verdeelsleutel die gemaakt is 140 asielzoekers worden opgevangen. Voor Veendam gaat het om 127 asielzoekers. Dit aantal hoeven beide gemeentes waarschijnlijk niet op te gaan vangen. Dat komt omdat de gemeente Westerwolde met het aanmeldcentrum in Ter Apel al 2000 plekken levert. Terwijl die gemeente maar voor 131 plekken hoeft te zorgen. Daardoor is de provinciale opgave grotendeels al gedekt. In totaal moet de provincie Groningen namelijk 2083 opvangplekken regelen.

Borger-Odoorn

In Borger-Odoorn moeten net als in Stadskanaal 140 asielzoekers worden opgevangen. De gehele provincie Drenthe moet zorgen voor 2.691 bedden. Deze kunnen ook komen van bestaande opvang. Zoals in Groningen bijvoorbeeld het geval is met het aanmeldcentrum in Ter Apel. Uit het overzicht blijkt dat er relatief weinig extra opvangplekken worden verwacht van Drenthe en Groningen.

Uitruilen

Elke provincie heeft tot 1 november de tijd om met haar gemeenten die provinciale opgave te regelen. Dat is de datum dat de provinciale opvangplannen bij het ministerie van Justitie en Veiligheid moeten worden ingeleverd. Een gemeente kan aangeven geen asielzoekers te willen opvangen, maar bijvoorbeeld wel statushouders en/of Oekraïense vluchtelingen. Gemeenten kunnen onderling ‘uitruilen’ zolang er per provincie, maar de gevraagde opvangplekken worden geregeld.

Als gemeente zorgen voor extra plekken kunnen ze hier van het ministerie een bonus voor krijgen. Per extra plek die minstens vijf jaar beschikbaar is, kunnen gemeenten 1.000 tot 2.000 euro van het ministerie krijgen.

Staatssecretaris kan ingrijpen

Staatssecretaris Eric van der Burg van Asiel en Migratie beoordeelt voor 1 januari alle twaalf plannen. Als provincies voldoende plekken hebben aangedragen, hebben gemeenten zes maanden de tijd om die te realiseren. In provincies zonder goed plan grijpt de staatssecretaris in. Via een zogeheten verdeelbesluit verplicht hij gemeenten alsnog een bepaald aantal opvangplekken te regelen.

Als ook dat niet leidt tot voldoende opvangplekken kan dwang vanuit het ministerie om de hoek komen kijken. Het ministerie gaat dan zelf de plekken in de desbetreffende gemeente regelen. Die ‘dwang’ wordt op zijn vroegst over een jaar ingezet.



-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal