NIEUW-BUINEN – Oud-wethouder van Stadskanaal, Jan-Willem van de Kolk heeft zich de laatste maanden vastgebeten in het verhaal van verzetsvrouw Annechien (Annie) Post-Salomons, die opgroeide in Nieuw-Buinen. Voor het laatste nummer van het tijdschrift Veerten van het Streekhistorisch Centrum schreef hij een artikel over de ontberingen die ze moest ondergaan tijdens de Tweede Wereldoorlog. Vanmiddag geeft hij een lezing over haar in het Streekhistorisch Centrum in Stadskanaal.
In 1925 trouwde Annie met Marinus Post. Samen betrokken ze een boerderij in Dalerpeel. In het voorjaar van 1940 verhuizen ze met hun acht kinderen naar een boerderij in Kampen. Ze waren een van de eersten die onderduikers ontvingen. Annie was volgens haar zoon Jan altijd in de weer om hout te hakken of om voor ze koken. Tot dat het misgaat in de beruchte nacht van 26 op 27 juli 1943. Alle bewoners worden verrast als een politiecommando de boerderij omsingelt. Annie stopt snel de jongste kinderen in het ouderlijk bed.
Razzia
Bij de schietpartij die ontstaat tijdens de razzia wordt Marinus in zijn been geraakt, maar hij weet te ontkomen. Annie en haar zoon Jan verstoppen zich in het hooi, maar worden ontdekt, tegen een muur gezet en bedreigd met standrechtelijke executie. Uiteindelijk worden ze samen met de onderduikers overgebracht naar het politiebureau.
Na twee dagen worden Annie en Jan overgeleverd aan de Sicherheitsdienst (SD) in Arnhem en op 11 september 1943 worden ze overgebracht naar Kamp Vught. Daar ontvangen ze voedselpakketten van familie en van het rode kruis. Zelf schrijven moeder en zoon brieven. Daarvan zijn er acht bewaard gebleven. In het kamp is de sfeer gemoedelijk, maar op 15 januari 1944 verandert dat.
Bunkerdrama
Annie wordt slachtoffer van een van de gruwelijkste oorlogsmisdaden die op Nederlands grondgebied heeft plaatsgevonden: het Bunkerdrama. Nadat een gevangene een verklikster treiters wordt ze door de kampcommandant in een cel geplaatst. De vrouwen die samen met haar in barak 23b zitten tonen zich solidair. Annie en 73 andere vrouwen zitten daardoor een nacht lang in cel 115, een cel met een vloeroppervlakte van negen vierkante meters. Tien van hen komen om het leven door verstikking en verdrukking.
In het voorjaar van 1944 scheiden de wegen van moeder en zoon. Jan wordt op transport gezet naar Dachau. Afscheid nemen is niet mogelijk. Annie zelf wordt op Dolle Dinsdag, 5 september 1944, op transport gezet. Samen met 651 andere vrouwen gaat ze naar het vrouwenkamp Ravensbrück ten noorden van Berlijn. Tijdens hun verblijf tonen de vrouwen zich uitermate solidair. Ze delen voedsel en dekens, praten veel en lezen samen de bijbel. Ze zingen ook waar mogelijk.
Staken in het kamp
Op 12 oktober 1944 worden de sterkste vrouwen, waaronder Annie, overgeplaatst. Ze gaat naar een buitenkamp van Dachau, München-Giesing. Daar nemen de bombardementen op Duitsland steeds verder toe. Het voedsel in het kamp wordt schaarser en dan raakt ook het zout op. De vrouwen gaan saamhorig als ze zijn in staking op 12 januari 1945. Wanneer de woedende commandant binnenkomt, zingen de vrouwen luidkeels hun strijdliederen. Na de staking staan ze urenlang buiten in de striemende kou op strafappel. Daarna worden de stakers verhoord en de aanstichters gezocht, maar de vrouwen zwijgen.
‘You were prisoners’
De tijd verstrijkt en op 23 april 1944 wordt de fabriek gesloten omdat de producten niet meer vervoerd kunnen worden. De commandant wil met de vrouwen naar het zuiden trekken. Het worden ook wel evacuatiemarsen genoemd. Het gerucht gaat dat de vrouwen nabij Tirol een verdrinkingsdood tegemoet gaan. Zover komt het niet. Op 30 april 1945 zijn de vrouwen volledig uitgeput en weigeren verder te gaan. De Commandant beslist dat ze niet worden neergeschoten, maar dat ze mogen wachten op het Amerikaanse leger. De vroege avond van 30 april 1945 wordt een ogenblik om nooit te vergeten. ‘We lopen naar allerlei Amerikanen en spreken Engels. We zeggen “We are prisoners”. “No”, zeggen zij “You were!”
Terugkeer
Annie keert op Tweede Pinksterdag terug naar Nederland. Daar hoort ze dat haar man Marinus op 17 november 1944 onder de naam Hubertus Ham is gefusilleerd in Alkmaar. De volgende dag ontmoet ze een deel van haar kinderen, een week later volgt zoon Jan. Na de oorlog leefde Annie een bescheiden leven, dat gemarkeerd is door haar ervaringen tijdens de oorlogsjaren. Ze overlijdt uiteindelijk op 14 februari 1982 op 80-jarige leeftijd in Kampen.
Hier boven is een samenvatting van het artikel dat Jan-Willem van de Kolk schreef voor het tijdschrift Veerten en het Historisch Nieuwsblad. Wil je het hele verhaal lezen kijk dan op hun website of luister de podcast over het leven van Annechien Post-Salomons bij RTV Drenthe