Direct naar de inhoud.

Wildervank viert 375-jarig jubileum met feestweek en film uit oude doos

Paul Smalbil en Klaas Brouwer in hun montagekamer (foto: Jeroen Willems)

Wildervank viert deze week dat het dorp 375 jaar bestaat. Op de openingsavond is er een film te zien met beelden die in 1955 en 1966 zijn gemaakt van het dorp.

Paul Smalbil en Klaas Brouwer hebben in de afgelopen jaren geprobeerd om zoveel mogelijk mensen in de film te identificeren en van een naam te voorzien. ‘Een mooie, maar lastige klus’, aldus de twee overgebleven leden van de Foto-film en videogroep Wildervank.

De oorspronkelijke films zijn volgens Smalbil en Brouwer ooit in opdracht van het blindeninstituut gemaakt. ‘In die jaren werden er in veel meer dorpen dit soort films gemaakt. Het was eigenlijk niet veel meer dan een geluidswagen die door het dorp reed en dan kwamen er mensen naar buiten. Je ziet vooral mensen en wat ze aan het doen zijn. En verder misschien nog wat bedrijven’, zegt Smalbil.

‘Er is toch heel wat veranderd’

De films geven een mooi tijdsbeeld van Wildervank. Zo zie je beelden van textielwinkel Sijpkes en van spelende kinderen op de basisschool. ‘Ik vind het jammer dat er niet wat meer gebouwen op staan, maar verder is het een prachtige film. Je ziet dat er in al die jaren toch heel wat is veranderd. Ook in Wildervank’, lacht Brouwer.

Tachtig procent geïdentificeerd

Paul Smalbil groeide vroeger zelf op in Wildervank en zegt inmiddels zo’n tachtig procent van de mensen in de film te hebben geïdentificeerd. ‘Soms zetten we ook wel eens een berichtje op Facebook, maar daar wordt amper op gereageerd. Dat is wel jammer, want als mensen namen weten dan maken we een nieuwe versie’, zegt Smalbil.

De film is vanavond om 19.30 te zien in het Margaretha Hardenberg Cultuurcentrum in Wildervank. De toegang is gratis.

375 jaar Wildervank

De hele week worden er in Wildervank activiteiten georganiseerd voor jong en oud om het jubileum te vieren. Er is bijvoorbeeld een gekostumeerde voetbalwedstrijd bij v.v. Bareveld, een versierde fietsoptocht en een escaperoom. Voor de oudere inwoners zijn er activiteiten zoals een biljartwedstrijd, een klaverjastoernooi en bingo.

De feestweek wordt maandag geopend door het opnieuw onthullen van het borstbeeld van Adriaan Geerts Wildervanck, de stichter van het dorp.

Datum 13 juni 2022 Redactie

Na 77 jaar ziet Henk Volders uit Stadskanaal familie van gesneuvelde Duitse oorlogsvriend

Henk Volders met de familie Kehlenbach op de plek waar ooit het schuttersputje van hun oom was | © Hielke Bosch/RTV1

REGIO – De 94-jarige Henk Volders uit Stadskanaal raakte aan het einde van de Tweede Wereldoorlog verwikkelt in een bijzondere  vriendschap met een Duitse soldaat, Christian Kehlenbach. Nu, 77 jaar later, vertelt hij het hele verhaal niet alleen aan ons, maar ook aan de overgebleven familie van deze soldaat. Hij nodigde ze uit om naar Groningen te komen en hij bezocht samen met nazaten van Kehlenbach de plek waar hij gevochten had en gesneuveld is.  

Het is vrijdagmiddag 6 april 1945 als de 17-jarige Henk Volders vlakbij zijn ouderlijk huis in Weite, tussen Vlagtwedde en Boertange, langs de schuttersputten van het Duitse leger loopt. Eén van de Duitsers groet hem, het is soldaat Christian Kehlenbach. Henk en Christian raken met elkaar aan de praat en komen erachter dat ze even oud zijn. Christian vertelt aan Henk dat hij nog nooit echt gevochten heeft, zijn grootste angst is dat hij hier in de Westerwolde klei zal sneuvelen. 

‘Daar schrok ik enorm van’, vertelt de inmiddels 94-jarige Volders. ‘Ik dacht altijd dat die Duitsers zo strijdlustig waren.’ 

Pasfoto van Christian Kehlenbach | © Privéarchief

Volders krijgt medelijden met zijn Duitse leeftijdsgenoot en adviseert hem zich over te geven. Dan scheert er plotseling een vliegtuig recht boven hun hoofd voorbij. Een verkenningsvliegtuig die foto’s van de regio maakt. Kehlenbach vraagt de jonge Henk om bij hem in het schuttersputje te komen. ‘Ik ben een van de weinige Nederlanders die met een Duitser in een schuttersputje heeft gezeten’, vertelt hij nu. Na een tijdje klimmen de twee jongens het schuttersputje aan de huidige Vledderkamp weer uit en nemen afscheid. Het is de eerste en tevens ook de laatste keer dat ze elkaar zien. Want een week later, op 13 april 1945, wordt Christian Kehlenbach dood gevonden op de zandweg, gesneuveld in de laatste dagen van de strijd. 

Het kaartje met de mededeling dat Christian Kehlenbach gesneuveld is | © Privéarchief

Veertig jaar zoeken

Na de oorlog probeert Henk Volders de familie van Christian te traceren. Zijn zoektocht begint in de jaren ’80. Hij schrijft tientallen brieven naar mensen met de achternaam Kehlenbach, maar helaas telkens zonder resultaat.

Dan gaat in februari van 2021 plots de telefoon bij Henk Volders thuis. Het is Pieter Trap van de Stichting Behoud Oorlogsherinneringen. Familie van Christian Kehlenbach heeft ze benaderd om meer te weten te komen omtrent het sneuvelen van ‘Oom Christian’. Er werd verwezen naar het boek dat Volders erover had geschreven. Na 76 jaar was het contact dan eindelijk daar.

Neven en nichten

Nu, nog een jaar later, brengt de familie Kehlenbach eindelijk het langverwachte bezoek. Ze komen samen bij Henk Volders thuis in Maarsheerd in Stadskanaal. Het zijn kinderen, kleinkinderen en het 16 weken oude achterkleinkind van Christian’s broer Werner. De (achter)neven en nichten van Christian dus. ‘Ik wil heel graag meer over het verhaal van mijn oom te weten te komen’, vertelt Andries Kehlenbach, het neefje van Christian. Samen met Volders gaan ze naar de ontmoetingsplek bij het schuttersputje en de plek waar Christian sneuvelde. 

Schuttersputje

Te beginnen bij het schuttersputje, die er uiteraard niet meer is. Maar Volders weet nog precies waar het was. Hij wijst naar de berm aan de Vledderkamp in Weite. ‘Hier was het’, roept hij naar de groep terwijl er een auto voorbij raast. Hij draait zich om en kijkt richting het veld aan de overkant. ‘Daar lagen nog meer Duitsers. Dat waren de echte fanatiekelingen, die wilden strijden voor hun führer.’ 

Afwisselend in het Duits, Nederlands en Engels bespreekt iedereen met elkaar hoe het er in die tijd aan toe ging en hoe de schuttersputjes eruit hadden gezien. 

Op deze plek langs de huidige N365 lag het schuttersputje | © Hielke Bosch/RTV1

‘Ze lagen schuin op hun buik’

Even later wordt de weg vervolgt naar een plek een plek met nog meer lading. Het is de plek waar Christian Kehlenbach op 13 april 1945 sneuvelde. Het is op een steenworp afstand van de schuttersputjes, achter een boerderij. Daar op het veld, naast een sloot, had Christian samen met nog twee Duitse soldaten gelegen. ‘Ze kwamen hier met z’n drieën uit de sloot, vermoedelijk om zich over te geven’, vertelt Henk Volders terwijl hij zich met zijn rollator een weg baant over het hobbelige zand. 

‘Maar ze worden meteen doodgeschoten door Poolse soldaten.’ Volders weet nog tot in detail hoe hij zijn Duitse vriend aantrof: ‘Ze lagen schuin op hun buik met de armen boven hun hoofd. In het midden lag Christian. Ik moest toen, en nu nog denken aan het moment dat hij mij vertelde dat hij bang was om te sneuvelen. Amper een week later voltrok deze angst zich al.’

Als Volders klaar is met zijn verhaal valt er even een oorverdovende stilte in de groep. Wat overblijft is het geluid van een zachte bries die over de Westerwoldse velden blaast. 

Samen met de familie bezoekt Volders de plek waar Christian Kehlenbach sneuvelde | © Hielke Bosch/RTV1

‘Oorlog is nooit goed’

‘Dan ben je zo jong en sneuvel je terwijl je daar juist zo bang voor was’, zegt schoonzoon David. ‘Ik had het ook kunnen zijn’, vult Volders aan. ‘Alleen werd ik aan de goede kant van de grens geboren. En wat scheelt het, tien kilometer.’

‘Oorlog is nooit goed’, zegt achternichtje Marina. ‘Dat bewijst Oekraïene nu maar weer eens.’

Datum 21 april 2022 Hielke Bosch

Hoe verliep de bevrijding van onze regio? ‘Het was een vreemde situatie in die dagen’

Bron: SHC Stadskanaal

REGIO – Het is april 1945, en na een kleine vijf jaar van onderdrukking door de Duitse bezetter zetten de geallieerden koers naar het uiterste noorden van ons land. De zuidelijke provincies waren eerder in 1944 al bevrijd en na operatie Market Garden bij Arnhem leek het erop dat ook net noorden snel bevrijd zouden worden, maar dat liep anders. Door hevige weerstand van de Duitsers bij De Rijn moeten de bevrijders terugtrekken.

In het voorjaar van 1945 keren de kansen en de geallieerden vechten zich in een snel tempo richting de provincies Drenthe en Groningen. De bevrijding van de provincie Groningen voltrok zich in drie regio’s: de stad Groningen, het ‘bruggenhoofd Delfzijl’ en de grensstreek tussen Musselkanaal en de Dollard. De bevrijding van die laatste regio is in handen van het Poolse bataljon ‘Strelcow Podhalanskisch’, onder leiding van generaal S.W. Maczek.

Vanuit het zuidoosten trekt Maczek met zijn bataljon richting de kanaalstreek. Geen gemakkelijke klus aangezien de Duitsers nog hevige tegenstand bieden. De troepen van Maczek moesten dan ook nog een flink gevecht leveren, onder meer bij Noordbarge, Buinen en Borger biedt de Wehrmacht veel tegenstand.

IJzeren klap

Daarnaast lopen ze bij de provinciegrens van Groningen tegen nog een probleem aan. Alle bruggen in de wijde omtrek waren opgeblazen door de Duitsers. Op één na; de ijzeren klap. Deze was door leden van het verzet uit handen van de Duitsers gehouden. Toen de Duitse soldaten Musselkanaal eenmaal ontvlucht waren en richting Stadskanaal en Onstwedde trokken ging verzetsman Klaas Jan Smit naar de Polen om te melden dat de soldaten de IJzeren klap over konden steken om zo over het kanaal te komen. Dit deden ze op 11 april 1945 en vervolgden vanuit Musselkanaal snel hun weg richting Mussel en Stadskanaal.

Aan het einde van de dag wordt de watertoren van Stadskanaal bereikt, met de naastgelegen Villa Ter Marse. Ten tijde van de oorlog woonhuis van de NSB’er Jacob Maarsingh. Op deze toch wel iconische plek nemen de soldaten stelling en overnachten daar om de volgende dag verder richting Stadskanaal te trekken.

Poolse militairen tijdens de bevrijding in de Ceresstraat, waar Huis ter Marse staat
Poolse militairen tijdens de bevrijding in de Ceresstraat, waar Huis ter Marse staat (foto: Collectie Streekhistorisch Centrum Stadskanaal).

‘No smoking!’

De opgeblazen bruggen bemoeilijken de opmars van de bevrijders. Ooggetuige Harm Venema (1930) uit Veendam weet nog goed hoe dat ging. Hij vertelde er in 2015 over tijdens het Verhalencafé ‘Herinneringen aan de bevrijding’ in Stadskanaal. ‘Aan de andere kant van de Gele Klap zaten de Canadezen’, zo vertelde hij. ‘Het is vreemd dat Stadskanaal nooit genoemd is in de verslagen van de Polen, terwijl ze er toch een dag zijn gebleven omdat de bruggen eruit lagen.’

Venema herinnerde zich ook nog hoe dit probleem, met behulp van de inwoners, door de Poolse soldaten opgelost werd: ‘Bij de Pekelderbrug hebben de Polen samen met omstanders van stropakken een provisorische brug gemaakt. Elke brug kreeg van de Polen een naam en deze werd heel toepasselijk “No Smoking” gedoopt.’

Chocolade en sigaretten

Op deze manier kunnen de mannen van de ‘Strelcow Podhalanskisch’ zich toch een weg banen langs de kanaalstreek. En op 12 april 1945 wordt uiteindelijk ook de rest van Stadskanaal bevrijd. En ze komen niet met lege handen; net als in andere delen van het land brengen de bevrijders onder meer chocolade, kauwgom en sigaretten mee.

Hans Dijkstra was toen vier jaar en hij vertelde bij het verhalencafé in 2015 over de Poolse giften. ‘Iedereen herinnert zich chocolade en witbrood. Ik was te jong om bang te zijn in de oorlog, maar bij de bevrijding waren we natuurlijk blij dat we van de Duitsers af waren. Maar wat bleek? Communiceren met de Polen ging nog het beste in het Duits! Dus wij vroegen in het Duits om chocolade.’

Bij de bevrijding van Stadskanaal zetten Poolse soldaten hun handtekening op een papier van het verzet

Oorlogsbuit van de Duitsers

Een dag later trekken de Poolse bevrijders met dertien Cromwell-tanks Veendam binnengerold, waar ze zonder weerstand door kunnen rijden. De Parkstad wordt, een dag later dan Stadskanaal, op 13 april 1945 zonder slag of stoot bevrijd.

En er wacht de geallieerden aldaar nog een verrassing. In de loodsen van strokartonfabriek De Vrijheid vinden de bevrijders een enorme oorlogsbuit: drank, sigaretten, radiotoestellen, blikken vlees, gedroogde groente, suiker en laarzen liggen daar opgeslagen. De Duitsers hadden dit bedoeld voor de soldaten aan het oostfront.

Bevrijder van Veendam

De ritmeester van de dertien tanks (ook wel kapitein genoemd) Jan Salwa wordt door de Veendammers als grote bevrijder binnengehaald. Jaren na de bevrijding vernoemd de gemeente Veendam zelfs een straat en een plein naar ‘de bevrijder van Veendam’.

Liefde bij de bevrijding

De bevrijding van deze regio was overigens niet alleen goed voor een grote vreugde, maar ook voor liefde. Zo bewijst ordonnans van generaal Maczek, Dominik Podgórski. Hij keert namelijk niet terug naar zijn geboorteland Polen, maar ontmoet hier de jonge Giny Lukkien uit Ter Apel. De twee raken verliefd, trouwen in 1951 en blijven hun hele leven in de Veenkoloniën wonen.

Lees ook:

Dominik Podgórski: De bevrijder die hier het geluk vond

Buunermondse verzetsheld betrokken bij grootste overval allertijden: ‘Douwe was voor de duvel niet bang’

Hoe een nazaat van de Anne Frankboom in Stadskanaal terecht kwam

 

Datum 12 april 2022 Hielke Bosch

Museumspoorlijn STAR heeft er een museumstuk bij

De historische goederenwagon komt aan bij STAR (foto: Tim Goorman)

STADSKANAAL – Afgelopen weekend kwam wel een heel bijzonder transport aan in Stadskanaal: een historische goederenwagen zonder wielen. Deze wagen, gebouwd in 1905, stond jarenlang in een tuin in Musselkanaal en werd onder meer gebruikt om er een stier in groot te brengen.

Op het spoor

Vrijwilligers van Museumspoorlijn STAR kwamen de wagen eind jaren ’90 al ‘op het spoor’. Een paar jaar geleden werd contact gelegd om de wagen over te kunnen nemen. Dit weekend was het dan zover; het transport naar Stadskanaal.

Het transport van de historische wagon (foto: René Terpstra)

Historisch

De wagen is gebouwd in 1905 door Werkspoor. En daarmee is het direct één van de oudste wagens in de collectie van de STAR.  Dergelijke wagens waren vroeger veel op de emplacementen van Stadskanaal en Musselkanaal te vinden.

Rijden gaat niet meer, de wagen staat al jarenlang niet meer op de rails. Bij Museumspoorlijn STAR zal de goederenwagen weer opgeknapt worden.

Datum 10 januari 2022 Redactie

Biografie over Groninger nazi-baas Conring: ‘Hij was trouw aan een misdadig systeem’

Politiecommissaris Y. de Boer in gesprek met Conring op 4 januari 1944. Bron: Beeldnummer 125026 Collectie Oorlogs- en Verzetsmateriaal Groningen.

REGIO – De Duitser Hermann Johannes Conring was ten tijde van de Tweede Wereldoorlog de baas in de provincie Groningen. Na de oorlog maakte hij, tot verbazing van veel Nederlanders, opnieuw carrière in de politiek en zetelde hij namens de CDU in de West-Duitse Bondsdag. 

In die hoedanigheid deed hij veel goeds voor zijn geboortestreek Ost-Friesland. Dat werpt de vraag op; was deze Duitse politicus fout of was het gewoon een ambtenaar die in de raders van de oorlog terecht was gekomen? Onder meer deze vraag belicht schrijfster Alie Noorlag uit Vlagtwedde in de net verschenen biografie over Conring: “Hermann Johannes Conring, trouw aan een misdadig systeem”.

Biografie

Toen ze bezig was met haar vorige boek, over de kinderen van NSB’ers, kwam ze de naam van Conring tegen. Ze raakte geïntrigeerd door zijn geschiedenis en besloot ook over hem een boek te schrijven.  Ze sprak onder andere met familie van Conring en kijk naar zowel zijn voor- als na-oorlogse periode.

 ‘Conring wilde heel graag het leger in’ – Schrijfster Alie Noorlag over de carrière van Conring

Zonder linkerhand

Conring werd geboren op 4 november 1894 in het Duitse Aurich in een evangelisch-gereformeerd gezin. Hij werd geboren zonder linkerhand, een handicap die een grote invloed op zijn leven zou hebben. ‘Conring wilde heel graag het leger in’, zo vertelt Alie Noorlag. ‘Je moet niet vergeten dat hij een jongeman was toen de Eerste Wereldoorlog begon. Al zijn vrienden gingen het leger in. Alleen hij werd door zijn handicap afgekeurd. Hij koos daarom voor een leven in de ambtenarij.’

Na zijn studie rechten ging hij aan de slag als regeringsdeskundige en maakte in de jaren erna snel carrière in die ambtenarij.

Scholtenhuis

In juni 1940 werd Conring aangesteld als ‘Beauftragte van de provincie Groningen’. Dat betekende dat hij in Groningen de man onder de baas van bezet Nederland Arthur Seys-Inquart was. Conring had zijn kantoor in het beruchte Scholtenhuis op de Grote Markt.

Klacht over lawaai

‘Vlak naast zijn kantoor werden mensen gemarteld door de Gestapo’, aldus Noorlag. ‘Het is daarom ook ondenkbaar dat Conring niet van de SS gruwelen afwist. Hij zat er gewoon vlak naast.’

Zo is er een anekdote over Conring uit het boek van de Duitse schrijver Wolfgang Kellner. Conring zou zich hebben beklaagd bij Scholtenhuis commandant Bernard Georg Haase dat hij zich niet kon concentreren door het geschreeuw vanuit de verhoorkamer.

Hermann Conring met dochter Adelgunde in 1947. Bron: Privébezit familie Conring.

Internering en verdere carrière

Na de oorlog werd Conring gearresteerd en verdween achter Britse tralies. Hij kwam echter in 1947, na 14 maanden internatie, weer vrij. In zijn verhoren noemde hij zichzelf onschuldig en dat hij slechts zijn plicht vervulde. Bewijs voor daadwerkelijke gruweldaden was er niet, dus Conring was weer een vrij man.

‘Zijn verleden bleef hem achtervolgen’Schrijfster Alie Noorlag

Zijn carrière ging na de oorlog gewoon door. In 1948 werd Conring algemeen secretaris van de belangrijkste landbouwvereniging voor Ost-Friesland. Ook sloot hij zich aan bij de Duitse partij CDU. Bij de federale verkiezingen in 1953 werd hij voor die partij afgevaardigde in de Bondsdag, waar hij tot 1969 bleef zitten.

Gebroken integriteit

‘Zijn verleden bleef hem echter achtervolgen’, zo merkt Noorlag op. ‘Zijn integriteit was ondanks zijn voorspoedige carrière gebroken’. Zo kreeg Conring in 1968 een onderscheiding voor zijn (na-oorlogse) verdiensten. Dit zorgde voor een storm aan kritiek vanuit Nederland en met name Groningen. Nog voordat een onderzoek naar Conring’s integriteit afgerond was, gaf hij de onderscheiding alweer terug.

Ook voor de familie van Conring is zijn oorlogsverleden een moeilijk onderwerp. Dat merkte ze toen ze de familie interviewde voor de biografie. ‘De familie kan dat verleden moeilijk plaatsen. Maar ondanks dat kreeg ik van ze alle medewerking.’

Goed of fout?

Hermann Conring stond dus in de oorlog, letterlijk, vlak naast de gruwelen van de nazi’s en heeft er zelfs een rol in gespeeld. Na de oorlog deed hij echter weer hele goede dingen voor zijn geboortestreek. Zo zette hij zich in voor landbouw, kust- beveiliging en de waterhuishouding in die regio.

Was Conring goed of fout? Noorlag concludeert dat het niet zo zwart-wit in elkaar zit. ‘Hij is trouw gebleven aan het verschrikkelijke systeem maar heeft ook goede dingen gedaan.’

Hoogleraar Lou de Jong schreef ooit over Conring: ‘Hij was fout, goed fout’.

Alie Noorlag tijdens de boekpresentatie in de bibliotheek van Stadskanaal | Foto: Hielke Bosch/RTV1

Daderperspectief

Tijdens de boekpresentatie in de bibliotheek van Stadskanaal haalde Drs. Jochem Abbes in zijn speech ook de reputatie van Conring aan. ‘Vroeger was er vooral zwart-wit geschiedschrijving. Oftewel de een was goed en de ander slecht. Nu wordt er ook naar het daderperspectief gekeken. Ook in het boek van Alie. Dat is haar te prijzen.’

 

 

 

Datum 6 november 2021 Hielke Bosch

Terug naar de prehistorie tijdens het Oerfestival

Foto: Frank Wiersema

BORGER – Tijdens de herfstvakantie is het Hunebedcentrum in Borger elke dag geopend met een speciaal oertijdprogramma. In het weekend van 23 en 24 oktober vindt er het Oerfestival plaats.

(meer…)

Datum 18 oktober 2021 Redactie

Vier Groninger gemeenten starten onderzoek naar onteigening Joods bezit

Voormalige-synagoge-en-rabbinaatshuis-in-de-Bosstraat-in-Winschoten | Foto: Gemeente Oldambt

REGIO – De gemeenten Veendam, Oldambt, Westerkwartier en Het Hogeland zijn een onderzoek gestart naar de rol van gemeenten in het onteigenen van Joods bezit in de Tweede Wereldoorlog. Daarnaast onderzoeken ze ook het mogelijk naheffen van (gemeentelijke) belastingen bij Joden ten tijde van de oorlog. 

Het onderzoek wordt uitgevoerd door een team van mensen die voornamelijk gespecialiseerd zijn in de geschiedenis van het Groningse platteland. De hoofdonderzoeker is Richard Paping, Universitair Hoofddocent aan de Rijksuniversiteit Groningen. Verder bestaat de onderzoeksgroep uit historisch onderzoekers Jeroen Benders, Daniël Broersma en Owen Duijvendak

Verkaufsbücher

De directe aanleiding van het onderzoek is publicatie van de zogenaamde ‘Verkaufsbücher’ door het Nationaal Archief. Hieruit blijkt dat er ook in Groningse gemeenten tussen 1940 en 1945 Joods bezit onteigend is. In mei besloten de colleges van de gemeenten Oldambt, Veendam en Westerkwartier hier onderzoek naar te doen. Zo willen de gemeenten helderheid geven naar hun eigen handelen. Gemeente Het Hogeland sloot later aan.

Naar verwachting is het onderzoek in juni 2022 afgerond.

Datum 22 september 2021 Hielke Bosch

Drouwen herdenkt vermoorde Joodse plaatsgenoten met zeven stolpersteine

stolpersteine rotary stadskanaal
De steen van Schoontje in Stadskanaal (foto: Hielke Bosch)

DROUWEN – Op vrijdag 1 oktober worden bij twee adressen, Hoofdstraat 21 en Alinghoek 13in Drouwen zeven ‘stolpersteine’ gelegd. Deze ‘struikelstenen’ worden liggen door heel Nederland gelegd en zijn een herdenking aan joden die in de Tweede Wereldoorlog door het naziregime om het leven zijn gekomen. Ze zijn bedoeld om de voorbijganger figuurlijk te laten struikelen en aan te zetten tot nadenken.

De kleine messing monumentjes worden geplaatst op de plekken waar de laatste (vrij gekozen) woning van de slachtoffers staat of heeft gestaan. Eigenlijk zouden de stenen in Drouwen vorig jaar al gelegd worden in het kader van ’75 jaar vrijheid’. Helaas kon de bijeenkomst toen niet plaatsvinden in verband met de coronamaatregelen.

Plek in de dorpsgemeenschap

‘Op 1 oktober wil het plaatselijke comité alsnog de omgekomenen, dankzij de Stolpersteine, weer een plek geven in de dorpsgemeenschap’, aldus de organisatie. ‘Want een mens is pas vergeten als zijn naam vergeten is.’

Oktober

De datum van 1 oktober is niet zomaar gekozen. Een dag later, op 2 oktober, is het namelijk precies 79 jaar geleden dat de Joodse inwoners van Drouwen via Westerbork naar de concentratiekampen werden gedeporteerd.

Sobere bijeenkomst

Het leggen van de stenen zal, door de nog bestaande coronamaatregelen, plaatsvinden in een sobere bijeenkomst. Naast een groep leerlingen van OBS Ekkelhof in Drouwen zullen ook een aantal ooggetuigen aanwezig zijn. Wethouder Trip van de gemeente Borger-Odoorn verricht de onthulling.

Datum 15 september 2021 Hielke Bosch

Bestuur ‘Stichting 200 Jaar Nieuw Buinen’ weer op volle sterkte

Foto: facebook 200 jaar Nieuw-Buinen

NIEUW BUINEN – Het bestuur van Stichting 200 Jaar Nieuw Buinen is weer op volle sterkte. Lambert Folkers en Peter Zwiers hebben het bestuur versterkt na het plotselinge vertrek van twee bestuursleden. Deze beide voormalige bestuursleden moesten vanwege persoonlijke omstandigheden hun bestuurslidmaatschap beëindigen, waardoor er gezocht moest worden naar nieuwe bestuursleden.

Lambert Folkers heeft de functie van penningmeester op zich genomen. Peter Zwiers zal de functie van voorzitter gaan vervullen. Het bestuur bestaat daarnaast uit Derk Smit, Marion Zwiers, Jacco Pranger en Dennis Middeljans.

Jubileum groots vieren

In 2023 bestaat het dorp Nieuw-Buinen 200 jaar. Er zijn plannen om dit groots te vieren. Ondanks de coronatijd zijn de voorbereidingen daarvoor inmiddels in volle gang. Het bestuur van het voormalige glasblazersdorp wil samen met al haar bewoners dit mooie jubileum gaan vieren. Zo zijn verschillende commissies ingesteld om te zorgen dat 2023 een onvergetelijk jaar wordt voor Nieuw-Buinen.

Op de Facebookpagina van ‘200 Jaar Nieuw-Buinen en via de Dorpskrant van Nieuw-Buinen worden de komende tijd alle plannen gedeeld.

Datum 2 april 2021 Bertjan Brinkman

Het bijzondere leven van Lammie Drenth en het Knoalster Achterhuus

Familie Drenth en de onderduikers – (F: Monument21)

STADSKANAAL – Afgelopen week overleed Lammie Drenth op 93-jarige leeftijd. Ze werd maandagavond in de gemeenteraad van Stadskanaal herdacht met 1 minuut stilte.

Drenth was 1 van de inwoners van het Knoalster Achterhuus waar in de Tweede Wereldoorlog 16 mensen zaten ondergedoken. Ze was de dochter van Willem en Hindertje Drenth.

Boerderij

Een klein onopvallend boerderijtje aan de Krommewijk in Stadskanaal, daar woonde Lammie met haar ouders en haar zusje Fennie. Haar vader Willem was arbeider bij een fabriek. Als deze fabriek in 1931 afbrand kan Willem Drenth, mede door zijn analfabetisme en de crisis niet meer aan het werk komen. Lammie beschreef de periode na haar vaders ontslag zelf als ‘pure armoede’. Het gezin kreeg een uitkering, wat in die jaren neerkwam op slechts 7 gulden in de week.

De boerderij van de familie Drenth
Foto: Stichting Drenth Monument

Veehandelaar

Het verhaal van het Achterhuus begint in 1942, Lammie is dan 15 jaar. Als een Joodse veehandelaar samen met zijn vrouw en kinderen onderdak vindt in het boerderijtje van de familie Drenth. Hierna werd er geen onderduiker meer geweigerd door de familie.  ‘De joden zijn Gods volk’, zei moeder Hindertje. ‘Die moet je helpen’. Uiteindelijk groeit het aantal onderduikers in het kleine boerderijtje uit tot 16.

Getraumatiseerd 

‘Ik heb Lammie leren kennen als een vriendelijke vrouw’, aldus Alie Noorlag. Alie kwam Lammie en Bennie regelmatig tegen bij ‘de vrienden van de synagoge Bourtange’. ‘Maar ze was toch ook wel getraumatiseerd geraakt door alles wat ze in de oorlog mee had gemaakt’, voegt Noorlag er aan toe.

‘Ik ben geen mens meer geworden’, zei Lammie er zelf over, in een interview met de Volkskrant een jaar geleden.

Alie Noorlag schrijft en onderzoekt veel over de Tweede Wereldoorlog en is daarnaast onder andere voorzitter van het ‘Comité Joods Oorlogsmonument Stadskanaal’. Ook in dat verband kwam ze de familie Drenth regelmatig tegen.

‘Lammie vertelde ondanks alle ellende die ze in die tijd hadden meegemaakt wel veel over het Achterhuis. Zo was Lammie best verbaasd dat haar vader zich aansloot bij het verzet. Hij was namelijk best angstig voor de bezetter.’

NSB

Het was ook de vader van Lammie, die in 1943 de advertentie van de NSB onder ogen krijgt. In de advertentie vraagt de NSB om een jongste bediende voor het ‘Kringhuis’ in Stadskanaal: ‘Daar gaat Lammie werken’ zo zou vader Willem gezegd hebben. Het was dan ook geen vraag maar een feit.

Een slimme zet, doordat dochter Lammie op het NSB kantoor werkt heeft ze niet alleen toegang tot belangrijke informatie, maar is ook de kans op een huiszoeking bij de familie Drenth door de Duitsers minimaal geworden.

‘Ze deed vooral typewerk op het Kringhuis’ aldus Noorlag. ‘Die Duitsers hadden een hele keurige administratie.’

Maar het werk op het NSB kantoor gaat Lammie niet in de koude kleren zitten. Door de spanning krijgt ze hevige buikpijn. Uiteindelijk moet ze dan ook op advies van de dokter stoppen met het werk op het Kringhuis. (tekst gaat verder onder de foto)

NSB Kantoor ‘Kringhuis’ in Stadskanaal Foto: SHC Stadskanaal

Ben

Lammie werd verliefd op 1 van de onderduikers; Ben Kosses. In 1944 raakte Lammie zwanger en veel mensen dachten dat de vader van het kind een NSB’er of zelfs een Duitser was. Maar niets was minder waar want Bennie was de vader. Op 10 december 1944 werd er een dochter geboren. Drie dagen na de bevrijding trouwen Ben en Lammie. Alle onderduikers zijn bij de trouwerij aanwezig.

Later zouden Ben en Lammie op hoge leeftijd nogmaals trouwen voor de Joodse kerk.

Monument 21

‘Ik kreeg het nieuws over het overlijden te horen via een goede vriend van me’, aldus Jaap Duit, een van de drijvende krachten achter het monument voor het Knoalster Achterhuus.  ‘Het kwam echt even bij me binnen, ik vond het voor haar heel sneu dat we de onthulling van het Monument 21 vorig jaar uit moesten stellen door de coronacrisis.’

Duit kwam in 2017, samen met Wim Lapohr en Helen Kämink, met het idee om een gedenkteken voor het Knoalster Achterhuis te realiseren.  ‘Het begon als een klein idee, we dachten aan een soort tegeltje. In de trant van Stolpersteine’, aldus Duit. 

Maar met de tijd begon het idee steeds meer vorm te krijgen. Kunstenaars Bernard Winkel en Leo Kaldenbach ontwierpen een monument. Veel groter dan waar oorspronkelijk aan gedacht werd. Het ontwerp bestond uit 21 gebogen stalen platen die alle 21 mensen die op het moment van de bevrijding in het kleine huis leefden symboliseert. 

De bouw van Monument 21 Foto: Jaap Duit

Gereserveerd

‘Lammie stond overigens eerst wat gereserveerd tegenover het plan’, zegt Duit. ‘Ze was bang dat het een specifiek eerbetoon aan haar ouders zou worden. Deze mensen waren altijd heel bescheiden en zagen zichzelf liever niet als held.’ ‘Maar’, vervolgt hij; ‘Toen ze het uiteindelijke ontwerp met de 21 platen zag was ze heel blij.’

Kosten

De kosten van de bouw van het monument zou uitkomen op ongeveer €70.000,-.

‘Dat was wel even slikken. Maar gelukkig had ik wat ervaring met fondsenwerving. Zo hebben we het geld, met hulp van bedrijven en particulieren, uiteindelijk bij elkaar kunnen krijgen.’

Lokale ondernemers hielpen mee in de realisatie van het monument. Zo deed bijvoorbeeld Avitec het grondwerk, een architectenbureau tekende het uit en Krans bouwde kosteloos het fundament. 

Helaas heeft Lammie Drenth het monument nooit in levende lijve kunnen zien. Mede door het uitstellen van de onthulling en het feit dat ze helemaal in Amstelveen woonde was dit niet mogelijk. 

2021

Of het monument dit jaar op 12 april (de dag dat Stadskanaal werd bevrijd) onthult zal worden, dat laat Duit nog even in het midden. ‘Corona is helaas nog steeds aan de orde van de dag. Misschien dat we iets met een live uitzending of een onthulling in kleine kring kunnen doen. Maar daar kijken we nog naar.’

Voor wie het monument wil bekijken, het kunstwerk is te vinden aan de Barkelazathe in Stadskanaal. Feitelijk de achtertuin van waar ooit het Knoalster Achterhuus stond.

 

 

 

Datum 26 januari 2021 Hielke Bosch


-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal