Direct naar de inhoud.

Etherpiraterij in de jaren ‘ 70 (2)

  • door:
  • op:

door Anton de Wijk

De vroegere Kanaalstreekcorrespondent van Free Radio Magazine

Uit ons Archief: Johnnie Walker (midden) Links: BertJan Brinkman en rechts Anton de Wijk

Op mijn tochten door de provincie als de Kanaalstreekcorrespondent voor “Free Radio Magazine”, zag ik de zenders op de meest vreemde plaatsen verstopt. In alle hoeken en gaten zaten de etherpiraten, waaronder soms ook vrouwen, te zenden. Op hooizolders, oude bedsteden, onder de vloer, onder het stro, in oude
caravans, in de nok van een oude boerenschuur, kippenhokken, hooizolders, sloopauto’s, gewoon in de huiskamer of in een slaapkamer, die als studio was ingericht.

Nolan

Nolan, een jonge etherpiraat wiens zendnaam was afgeleid van het merk valhelm die hij droeg, zond uit in een boerenschuur in de buurtschap Harpel in de gemeente Vlagtwedde.

Hij woonde met zijn vader en broer (moeder was overleden) in een gezellig oud boerderijtje waar ik altijd graag kwam. Nolan had een knoert van een zender, zond uit met een Franse LMT-buis die zoveel licht verspreidde dat je er de krant in het donker met gemak kon lezen. De zendbuis was zo’n 40 cm hoog dacht ik, en tientallen centimeters in omtrek. Nergens anders heb ik ooit zo’n buis gezien van die omvang en grootte.

Was het eerst stervenskoud in de afgetimmerde ruimte van de schuur, als de zender eenmaal aan de band stond werd het er zo warm dat ventilatoren voor verkoeling van de zendbuis moesten zorgen om te voorkomen dat die uiteen zou spatten van de hitte. Nolan’s signaal werd keer op keer opgepikt door
een luisteramateur uit Finland die nogal gecharmeerd was van de muziek die hij uitzond tijdens zijn internationale uitzendingen. Niemand anders zond die muziek; echte ruige betonrock. Tussen twee hoge masten was een antennedraad gespannen en ik hoor nog hoe tijdens de herfst de wind langs de tuidraden floot als ik hem bezocht. Nolan werd uiteindelijk opgepakt door opsporingsambtenaar Van Empelen uit Den Haag.

Johnny Walker

Johnny Walker toen

Johnny Walker uit Exloo had een plm. 30 meter hoge zendmast waarvan hij van beneden naar boven kon klimmen. Bovenin was een plateau en indien nodig klom hij naar boven om reparaties uit te voeren aan de antennemast, vastgegespt met een veiligheidsriem. Bij de nodige wind wiegde de mast zeker een halve meter uit het lood als hij er op 30 m hoogte stond te werken. In het midden van de jaren ’70 ongeveer, gingen de etherpiraten internationaal uitzenden. Dat gebeurde hogerop in de band, op de 227m in de middengolf. Eén van de allereerste die op deze frequentie uitzond en er ook durfde uit te zenden, was Johnny Walker.

Toen hij hier voor het eerst ging zenden lachten collega-piraten hem uit. Niemand weet je zo hoog in de band te vinden, zeiden ze smalend. Veel piraten waren hier huiverig voor omdat men meende dat de luisteraars hun niet zou horen op deze, voor hun onbekende plek in de ether. Maar dit bleek een misvatting te zijn. Ontvangstrapporten getuigden van de sterkte van deze zender die in 17 Europese landen werd ontvangen. Ongekend was zijn verzoekplatenprogramma op de zondagochtend vanaf 10 uur.

De verzoekjes werden schriftelijk ingediend bij een correspondentieadres in Emmen en de enveloppen gingen, ofschoon hij er nooit om had verzocht, veelal vergezeld van geld. Die hij opspaarde om later zijn boetes van te kunnen betalen als hij ooit eens opgespoord werd. Ook zijn eerste racefiets werd van dat geld betaald, vertelde hij later in een twee uur durende interview voor de RTVS microfoon (nu RTV1). De herkenningsmelodie van zijn verzoekplatenprogramma was Let your love flow van de Bellamy Brothers.
Ik maakte eens zo’n uitzending mee en schreef erover:

‘Let your love flow’ hoorde ik in de middagmix show van omroep collega Bert Jan Brinkman. Een lichte siddering golfde door mijn lijf bij het horen van dit nummer. Het zal in de winter van 1976 zijn  geweest. Dichte flarden mist hingen laag over het Drentse land, enkele paarden schurkten dicht aaneen in een weiland  met hun hoofden mistroostig omlaag. Koud was, verrekte koud, ik kon het niet warm krijgen in de auto
ondanks dat de verwarming op de hoogste stand stond ingeschakeld.

De mist bleef hangen in de kom van de Hondsrug, was niet bij machte erover heen te trekken mede doordat op deze grauwe zondagmorgen wind en zon ontbrak die de mistflarden zouden kunnen verjagen. Het zicht bleef beperk tot enkele tientallen meters, mijn koplampen priemden in de mist maar het geelwitte licht mistte de kracht die te doorboren. Met aangepaste snelheid reed ik over de Drentse dreven.

Het landschap had iets spookachtigs, in de begroeiing langs de weg was af en toe een glinstering waar te nemen van een spinnenweb, die ragdun was geweven tussen een paar takjes. ‘Let your love flow’ van de Bellamy Brothers, de herkenningstune van Johnnie Walker. Ik was op weg naar Exloo waar ik een uitzending van hem deze zondagmorgen mocht meemaken.

Het dorp leek uitgestorven toen ik er binnen reed, een enkele voetganger zocht haastig zijn weg door de mist op weg naar huis, naar de warme kachel, een borrel misschien. Johnnie Walker, vanaf de Mi Amigo studio.
Twee elektrische kachels stonden roodgloeiend in de hoek van de kamer van waaruit hij uitzond. De zender stond warm te draaien, ventilatoren zorgden voor de nodige koeling terwijl de zendbuizen een spookachtig
schijnsel wierpen op het plafond.

Johnnie Walker,de perfectionist, een man die alles tot in de puntjes verzorgde, en niets, maar dan ook niets aan het toeval overliet. Alle verzoekjes die de afgelopen week waren binnen gekomen waren
geordend, de bijbehorende platen uitgezocht. Het was 2 minuten voor de uitzending. Met een kennersblik liep hij alles nog eens na. De secondewijzer kroop traag naar de twaalf en precies op dat moment plofte de draaggolf de ontvanger binnen en stond de zender aan de band……..

Johnny Walker is twee keer gepakt, de laatste keer door Gerrit Verhoef en heeft daarna zijn etherpiraterij praktijken beëindigd. Betaalde Johnny Walker zijn boetes met het geld van zijn verzoekjes, zodat
het huishoudgeld niet aangesproken hoefde te worden, ik heb dat ook wel eens anders meegemaakt. Boetes van 400 gulden of meer waren in de jaren ‘70 een hoop geld. Bolwerken van de geheime zenders waren noordoost Groningen, het zuidoosten van de provincie Drenthe, Twente en de Veluwe. Hier zaten sterke middengolfzenders, waar populaire zenders tussen zaten. Omdat ze veelal Nederlandstalige muziek draaiden en de nieuwste platen, die door Hilversum niet werden opgepikt, waren ze ongekend populair bij het
gewone volk.

Verschillende piraten waren werkloos, leefden van een uitkering en zaten alle dagen te zenden. Uit verveling, en voor de kick vertelden ze mij, en vaak aan de rechter, tijdens hun veroordeling. Als je dan vroeg waarom ze geen andere hobby zochten, haalden ze hun schouders op. Platenmaatschappijen speelden er op in en wekelijks kwamen er nieuwe platen uit die door de piraten aangeschaft werden. Een dure lief-
hebberij die sommigen van het huishoudgeld bekostigden. Zonder naam en toenaam te noemen zag je dat sommige gezinnen er onder leed. Moeder moest maar zien rond te komen als haar man weer eens werd
gepakt of 14 dagen moest zitten in Veenhuizen.

Een man die Veenhuizen als zijn broekzak heeft gekend was Oompie Koerier uit Zuidbroek. Deze Barteld Grofsmid was een markante man, zoals zijn zoon dat was in de serie Man bijt hond, die afgelopen herfst op de tv te zien was. Ik heb een interview met Oompie gehad en hem daarna nog een paar maal be-
zocht. Hoeveel keren hij precies is gepakt, daarvan ben ik de tel kwijtgeraakt.

Was het 16, 18 of over de 20 keer? Ik geloof dat Oompie het ooit eens heeft gepresteerd om vier keer dezelfde dag te worden opgepakt. Oompie Koerier zond uit in de schuur van de woning, tussen allerlei gereedschappen op de werkbank. Een grote zaag hing aan een spijker boven zijn versterker. “Ik heb de zendkoorts in mijn bloed”, zei Oompie op die oktoberdag in 1977 toen ik hem bezocht.

Begon in 1952 te zenden door een draad tussen twee bomen te spannen en een draad, waaraan een baksteen werd bevestigd voor aarde die in een put werd gegooid. “We zonden toen in de open lucht, in die tijd ben ik vaak door sloten en weilanden gevlucht om aan de politie te ontkomen. Als je in die tijd werd gepakt, ging je voor 4 maanden lang de cel in. Werd je thuis gepakt, dan gingen ook eventuele bezoekers mee want die werden ook strafbaar geacht.” De hele familie Grofsmid is actief in de ether.

“We zenden allemaal”, zei Oompie toen, “Zwarte Madonna is mijn echtgenote, Tornado (Man bijt hond) mijn zoon, en mijn dochters draaien onder de namen Snelle Fanny, Vrouwelijke Toronto en de Kleine Prinses.”
Ook Bartelds broer was aan het zenden verslaafd, met elkaar heeft hij voor het zenden 4 à 5 jaar van zijn leven in de cel doorgebracht. De zingende etherpiraat Oompie Koerier overleed in februari 2000 op
64-jarige leeftijd.

Veel artiesten waren in die tijd blij dat hun plaatje werd gedraaid door de piraten. Promoten heet dat tegenwoordig. Deze taak zijn de laatste jaren ook deels overgenomen door de locale omroepen die de opnamen van de regionale artiesten steeds meer zijn gaan draaien. Denk hierbij aan onze eigen locale omroep. Het Nederlandstalige lied stond bij de diskjockeys in Hilversum niet in een hoog aanzien, artiesten als de Zangeres zonder Naam of Johnny Jordaan werden door bepaalde omroepen geboycot, omdat ze niets moesten hebben van dat smartlappengedoe. Boze tongen beweerden in die tijd, als er maar 25 gulden in de platenhoes wordt bijgevoegd, wordt de plaat ook wel gedraaid.

Vandaar dat veel artiesten en orkestjes bekend werden dankzij de etherpiraten. Denk hierbij aan Johan en Henk, Quintus, Het Sneeuwbal Trio en aan De Heikrekels, namen die me zo maar spontaan te binnen schieten. En als er geen etherpiraten waren geweest had nog nooit een hond gehoord
van Johnny Pecon of een Frankie Yankovic, wiens polka’s bij de platenzaken niet waren aan te slepen.

Er bestonden zelfs wachtlijsten voor deze platen bij Autorama in Veendam. Ze werden rechtstreeks geïmporteerd vanuit Amerika. Vooral vrijdagsavonds liep je verschillende piraten tegen
het lijf die in de platenbakken zaten te struinen. Aan de balie waren mede-
werkers bezig bestellingen op te nemen, ze schreven hun vingers blauw.
Voor de platenzaken was het een gouden tijd.

Er werden ook veel liedjes gemaakt over de piraten bv. De moeder van de zendpiraat, van Johan en Henk, Wij kunnen het niet laten, van De Tijdbrekers, Dankzij de piraten, The Music Sounds, sommige liedjes van Vader Abraham verhalen er over, enfin u kunt de lijst zelf moeiteloos aanvullen. We kunnen rustig stellen dat de geheime zenders een grote bijdrage hebben geleverd aan de populariteit van het Nederlandse lied waarvoor veel artiesten van naam hun heden ten dage nog dankbaar zijn…

Lees verder..



-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal