VEENDAM – De gemeenten Veendam, Westerkwartier en Oldambt gaan gezamenlijk onderzoek doen naar de rol van de gemeenten in de onteigening van Joods bezit in oorlogstijd. Ook word bekeken of Joodse inwoners tijdens en na de Tweede Wereldoorlog naheffingen kregen van gemeentelijke belastingen.
Aanleiding voor het onderzoek is de publicatie van de zogenaamde ‘Verkaufsbücher’ door het Nationaal Archief. Hieruit blijkt dat, net als in een aantal andere gemeenten in Nederland, ook in Groningse gemeenten tussen 1940-1945 Joods bezit onteigend is.
Veendam, Westerkwartier en Oldambt doen het onderzoek in navolging van de gemeente Groningen, dat daarmee al is begonnen.
Rechtsherstel
Volgens burgemeester Sipke Swierstra van Veendam vinden de gemeenten het belangrijk om helderheid te verschaffen over de rol van de overheid in oorlogstijd.
‘Als blijkt dat er gevallen zijn waarbij rechtsherstel niet heeft plaats gevonden ten aanzien van onteigend Joods bezit, gaan de gemeenten inventariseren hoe om te gaan met rechtsherstel en de mogelijk te nemen vervolgstappen.’
Gekwalificeerde onderzoekers
Inmiddels is er een ambtelijke werkgroep opgericht waarbinnen afspraken worden gemaakt over de onderlinge samenwerking van de gemeenten.
Wethouder Jurrie Nieboer van Oldambt: ‘De bedoeling is dat er een onderzoeksteam wordt aangesteld met gekwalificeerde historisch onderzoekers. Zij gaan eerst verkennend onderzoek doen, onder meer in archieven, en op basis daarvan een onderzoeksplan opstellen.’
De verwachting is dat het onderzoek een jaar gaat duren.
Nauw contact
Gedurende die tijd houden de gemeenten nauw contact met de gemeente Groningen, die in februari van dit jaar gestart is met een onderzoek. De verwachting is dat op korte termijn ook andere Groningse gemeenten aanhaken.