Na een lange tijd in de gemeentepolitiek nemen Huizing en Zwiep afscheid: ‘dit is de laatste keer dat ik er iets van mag vinden.’

BORGER-ODOORN – De een zit al sinds 2006 in de gemeenteraad van Borger-Odoorn en de ander sinds 2010. Samen met nog acht andere raadsleden namen ze dinsdag afscheid. Tijd voor een verhaal over zichzelf en over de ander, want wat gaan Henk Zwiep (PvdA) en Erik Huizing (VVD)  nou eigenlijk missen van elkaar?

‘Toen ik begon zei ik, ik wil de gemeente Borger-Odoorn elke dag een klein beetje mooier maken en ik wil het in elk geval mooier achter laten als toen ik er aan begon’, aldus Zwiep.

‘Ik dacht altijd: dat hele gedoe is niks voor mij’

16 jaar lang is Henk Zwiep raadslid geweest. Voor Erik Huizinga was dit 12 jaar. Een behoorlijk lange periode, al voelt het voor beide niet zo lang.

Huizing was niet onbekend met de gemeentepolitiek. Zijn vader, Albert Jan Huizing, heeft ruim 25 jaar in de gemeenteraad gezeten. Toch bleef het politieke werk voor Huizing nog even op zich wachten. ‘Ik heb het vanuit huis meegekregen, maar dacht altijd; dat hele gedoe is niks voor mij. Ik heb veel bestuurlijk werk gedaan. Onder andere in de landbouw en toen kwam ik er achter dat politiek niet ophield bij de gemeentegrens.’

Huizing besloot lid te worden bij de VVD. Huizing: ‘Vrij snel stond er iemand voor de deur. Er was een bestuurslid nodig en of ik wel vicevoorzitter wilde worden voor de VVD in Borger-Odoorn. Dat betekende verder niks, want de voorzitter was er wel gewoon. Je raad het al, na een jaar stapte de voorzitter op en dan is het vrij logisch dat de vicevoorzitter, voorzitter wordt.’

In 2010 stond Huizing op plek vier op de kieslijst van de gemeenteraadsverkiezingen dat jaar. De VVD kreeg drie zetels, maar met voorkeurstemmen zat Huizing wel in de raad.

Een keer vreemdgegaan.

Zwiep is op een andere manier in de raad gerold. Hij zat bij de belangenvereniging in Drouwenerveen. Zo’n twintig jaar terug leek de school daar te sluiten en met goeie contacten lukte het om de school open te houden. Hierna werd hij door meerdere partijen gevraagd zich aan te sluiten. Huizing koos ervoor bestuurslid te worden bij de PvdA. Zwiep: ‘Ik ben door meerdere partijen gevraagd, D66, Gemeentebelangen en PvdA, maar ik ben echt in een rood nest geboren dus de andere partijen werden het niet. Al heb ik wel een keer op D66 gestemd, dus ik ben wel een keer vreemd gegaan’

Na een paar jaar besloot Zwiep zich verkiesbaar te stellen, hij stond hij op plek negen op de kieslijst. ‘Ik had niet verwacht dat ik er in zou komen, maar de partij kreeg plots negen zetels en toen kwam ik toch in de raad’, aldus Zwiep

Wanneer je zoveel jaar in de gemeenteraad zit maak je leuke en minder leuke dingen mee. Wat waren de hoogtepunten? Dat is voor beide heren een moeilijke vraag. Huizing: ‘Ik ben trots op mijn fractie. Die is wel wat gevarieerd in de afgelopen twaalf jaar, maar het werkte wel goed samen. Om nou te zeggen dit is iets waar ik echt trots op ben, dan doe ik andere dingen te kort.’

Wat voor veel mensen niet onopgemerkt is gebleven is de discussie rondom de windmolens en ook voor Zwiep en Huizing was dit een vaak terugkerend onderwerp. Twaalf jaar was Zwiep bezig met de discussie: ‘We hebben leuke, maar ook minder leuke dingen meegemaakt. De hele discussie kwam telkens maar weer terug en nog steeds wel eens. Hier denken we vanuit de fracties nog wel eens verschillend over, maar aan het einde van de rit zijn we het er nu wel aardig over eens.’

Vier jaar zat het anders

‘Sociaal en iemand waar je van op aan kan. Je kunt afspraken met Henk maken en die komt hij ook na. Je weet wat je aan hem hebt en ik weet ook vaak wel hoe hij denkt en andersom. Hij is wel de voorman van de PvdA, maar als hij bij ons in de fractie zou zitten zou hij ook wel mee kunnen draaien.’ Dat is hoe Huizing zijn collega beschrijft, maar dat is niet altijd zo geweest. Met de eerste begroting van de afgelopen raadsperiode was de band tussen Huizing en Zwiep iets minder goed.

‘We hadden niet zo’n geweldige start van de eerste periode. Iets minder dan vier jaar terug waren we hier niet samen naar toe gefietst, maar we snappen beide dat dat ook bij de politiek hoort wanneer je relatie iets minder goed is.’ Aldus Huizing

Huizing ziet veel gelijkenissen tussen hem en Zwiep: ‘De meeste dingen die Erik over mij zegt vind ik zelf ook van hem. We kunnen gewoon een leuk debat hebben samen en daarna een kop koffie drinken. Inhoudelijk verschillen we, maar als persoon lijken we best veel op elkaar.’

De momenten na de raadsvergaderingen zijn volgens hen dan ook misschien wel de leukste. ‘we doen graag de deur dicht. Dat is misschien ook wel waarom we hier zitten. Het is goed om na die tijd, ook al was je het niet eens, even na te praten en ook vooruit te kijken. De sfeer wordt wel bepaald door de persoonlijke relaties’ aldus Huizing

Het spel spelen om een doelpunt te maken

Zwiep waardeert Huizing zijn brede blik op bepaalde onderwerpen, het maakt hem een goede politicus. Zwiep: ‘Wat ik leuk vind aan Erik, is dat als je met hem in debat bent hij af en toe met een totaal andere invalshoek komt. Bijvoorbeeld: zes jaar geleden zeiden jullie dit en dat. Dan kan een discussie ineens kantelen. Ik was er die zes jaar geleden ook bij, maar bedenk niet om dat zelf ook zo te brengen.’

Huizing: ‘Wat Henk een goeie politicus maakt? Hij kan goed luisteren en op basis daarvan een goed besluit nemen. Die verbinding heb je wel nodig. Je wilt het beste voor je gemeente en dat straalt Henk wel uit.’

Huizing vult aan: ‘Ik vind politiek leuk. Dat wil niet zeggen dat gemeenteraadslid zijn een spelletje is. Maar om binnen de politiek het beste voor elkaar te krijgen, dat vind ik leuk.’ Zwiep sluit zich hierbij aan: ‘Je moet het spel spelen om een doelpunt te maken.’

‘Er zijn ook raadsleden die daar niet van houden’, vervolgt Huizing, ‘maar dan hebben ze aan mij niet zo’n goeie. Ze vinden mij misschien niet altijd aardig, maar daarvoor ben ik niet in de politiek gekomen. Ik ben zoals Henk al mooi zei hier gekomen om de gemeente een stukje beter te maken.’

De laatste vergadering

De laatste vergadering beseften beide heren dat ze het werk zeker zullen gaan missen. Zwiep: ‘ik dacht toen wel: dit is de laatste keer dat ik er iets van mag vinden.’

Ook Huizing gaat het missen: ‘Het is wel een deel van je leven. Er zijn een hoop dingen die ik kan gaan doen nu, en daar zie ik ook wel naar uit. Maar de discussies in de raad die je soms hebt en de bezoeken die je brengt, die ga ik wel missen.’

Afgelopen dinsdag hebben de mannen afscheid genomen als raadslid. Hierbij hebben zijn ze beide benoemd tot Lid in de Orde van Oranje-Nassau.