Direct naar de inhoud.

Andes wil met Taalhuis laageletterdheid bespreekbaar maken

  • door:
  • op:
De vrijwilligers krijgen tijdens een (opfris)cursus Foto: Jelmer Wijnstra / RTV1

BORGER — Laageletterdheid is in Nederland nog altijd een groot probleem. 2,5 miljoen mensen hebben problemen met lezen en schrijven. Dat is 1 op de 6. Met het taalhuis probeert welzijnsorganisatie Andes dat te veranderen, maar zo makkelijk is dat nog niet.

Het taalhuis heeft nu nog met name instroom van NT2’ers. Dat zijn mensen die Nederlands als tweede taal hebben, met name vluchtelingen. “We willen heel graag  NT1’ers gaan helpen, maar die mensen vinden is gewoon lastig,” zo vertelt Manon Goren van Andes.

Taboe moet doorbroken worden

Er heerst namelijk veel schaamte en zolang men geholpen kan worden door de omgeving zal men niet komen. “Het is wel een speerpunt van ons om deze mensen te gaan bereiken. Daar hebben we ook wel ideeën over.” Een van die plannen is om bedrijven aan te schrijven. “We willen die mensen zo graag een stapje verder helpen, maar het taboe is voorlopig nog niet doorbroken.”

Liesbeth Belder neemt de oefenstof door tijdens de curcus. Foto: Jelmer Wijnstra / RTV1

Goren kent ook veel verhalen. “Ik weet dat er een vrouw hier in de buurt was die altijd een mitella droeg zodat ze niet hoefde te schrijven. Dat is natuurlijk ontzettend schrijnend. Mensen durven de stap niet zetten.”

Mensen stapje verder brengen

En dus wil het Taalhuis tijdens deze week van het lezen en schrijven meer aandacht vragen voor deze mensen zodat ze op de radar komen. Maar natuurlijk helpen ze ook graag mensen van niet-Nederlandse afkomst. “Je wil ze graag welkom heten in Nederland en hen een stapje verder brengen om mee te kunnen draaien in de maatschappij,” zo laat vrijwilliger Liesbeth Belder weten.

Bij het Taalhuis wordt er gewerkt volgens de Succes methode. Bij deze methode zijn er verschillende onderwerpen per niveau. Daarbij wordt gekeken naar solliciteren, doktersgesprekken, maar ook dagelijkse dingen zoals boodschappen doen. Daarbij gaat men uit van het VUT-model. Vooruitkijken, Uitvoeren en Terugkijken.  De vrijwilliger stemt voorafgaand aan elk onderwerp af met de cliënt wat hij wil bereiken en welke opdrachten daarbij passen. Nadat de opdrachten zijn gemaakt wordt er teruggekeken wat er beter kan, maar ook wat goed ging. In elk boekje zit ook een taalhulp waardoor de woordenschat van de deelnemer wordt vergroot. De boekjes van Succes liggen ook in de bibliotheek.

Belder weet waarover ze praat want ze woonde onder meer in Schotland en zes jaar in Oman. “Dat laatste helpt mij ook bij de mensen die hier heen komen doordat ik de cultuur ken. Ik weet waar ze vandaag komen en wat de normen en waarden van hun land zijn. Dat ervaar ik al een voorsprong.”

Afstand bewaren

Aan het taalhuis is ze ongeveer een uurtje per week kwijt, plus voorbereidingstijd. “Als iemand langer door wil kan dat natuurlijk.” Het gevaar bestaat dat er te weinig afstand is tussen cliënt en vrijwilliger. Een van de vrijwilligers geeft tijdens de opfriscursus aan dat iemand vaak plotseling bij haar voor de deur stond. “Ik had diegene al drie jaar en dat is gewoon te lang.”

“Ik wil ze best helpen met een afspraak maken en uitleggen hoe ze dat moeten doen, maar ik ga niet met ze mee naar de dokter of de tandarts”

Liesbeth Belder — Vrijwilliger Taalhuis

Het advies wordt dan ook gegeven om niet langer dan een jaar met een deelnemer te werken. Belder ziet ook dat ze  voorzichtig daarmee omspringt. “Ik ga bijvoorbeeld niet mee naar de dokter of de tandarts. Natuurlijk wil ik ze helpen om een afspraak te maken en uitleggen hoe ze dat moeten doen, maar ik ga niet met ze mee.”

Vrijwilligers altijd welkom

De vrijwilligers hoeven geen achtergrond te hebben in het onderwijs zoals vaak wordt gedacht. “We screenen de mensen wel en vragen daarbij altijd om een Verklaring Omtrent Gedrag (VOG). Daarnaast krijg ze van ons vier keer een dagdeel cursus,” zo legt Goren uit.

Over vijf jaar wil Andes naast de NT2’er ook de NT1’er verder helpen. “We moeten het taboe doorbreken. We moeten er meer bekendheid voor creëren zodat mensen uiteindelijk zelf naar ons toe komen. Ze hoeven zich er namelijk helemaal niet voor te schamen, maar het aanpakken.”

 



-advertenties-

NIJM Webdesign Stadskanaal